CONTROLE COMPATIBILITEIT MET ANDERE
INSTALLATIES
e kachel mag OO
in een ruimte met e tractoren, t pe
verwarmingsinstallaties en andere apparaten, die de correcte
functionering in gevaar kunnen brengen, worden geïnstalleerd.
ie de norm
8 .
CONTROLE ELEKTRISCHE AANSLUITING
e kachel is voor ien van een elektrische voedingskabel die
op een
stopcontact, het liefst voor ien van een
magnetothermische schakelaar, moet worden aangesloten.
Spanningsvariaties van meer dan
tief beïnvloeden (we raden u aan om, als dit niet voor ien is,
een passende differentieelschakelaar te installeren). e elektri-
sche installatie moet aan de normen voldoen; controleer met
name de doeltreffendheid van de aarding. e voedingsli n
moet een doorsnede hebben die geschikt is voor het vermogen
van de apparatuur. Edilkamin acht ich niet verantwoordeli k
voor storingen in de functionering als gevolg van een slecht
functionerend aardecircuit.
PLAATSING
oor een correcte functionering moet de kachel waterpas wor-
den geplaatst. ontroleer het draagvermogen van de vloer.
e kachel moet in overeenstemming met de volgende veili-
gheidsvoorwaarden worden geïnstalleerd
- minimum afstand aan de achter
- en i kanten van
cm tot ontvlambare materialen.
- aan de voorkant van de kachel moeten licht ontvlambare ma-
terialen op een afstand van minstens 8 cm worden geplaatst.
ls het niet mogeli k is de hierboven aangegeven afstanden
toe te passen, is het nood akeli k technische en bouwkundige
voor orgsmaatregelen te treffen om brandgevaar te voorkomen.
n het geval van de aansluiting op een houten wand of een
wand van andere ontvlambare materialen, is het nood akeli k
de rookafvoerleiding te isoleren.
LUCHTINLAAT
e ruimte waarin de kachel staat moet absoluut een luchtinlaat
hebben met een opening van minstens 8 cm , om er eker van
te i n dat er voldoende de verbrandingslucht is. e kachel kan
ook lucht aanvoeren door een rechtstreekse verbinding naar bu-
iten via een verlengstuk op de stalen buismet een diameter van
cm. n dat geval kunnen problemen ontstaan door condensatie
en moet u de luchttoevoer met een net e beschermen, waarbi e-
en minimale vri e doorgang van
buis moet korter i n dan meter en mag geen bochtenhebben.
e buis moet eindigen met een segment van 9
gericht met een windbescherming n ieder geval helemaal luch-
tinlaat kanaal moeten worden moet een vri e doorsnede van
minstens
cm gewaarborgd worden. escherm het uiteinde
van de luchtinvoer met een insectenrooster dat de nuttige do-
orsnede van
cm niet beperkt.
INSTALLATIE
% kunnen de kachel nega-
cm is gewaarborgd. e
naar beneden
ROOKAFVOER
et afvoeren van de rook vindt plaats door een opening aan de
achterkant met een doorsnede van 8 cm. e rookafvoer moet
met behulp van geschikte stalen leidingen E
erd. e leiding moet hermetisch afgesloten i n.
oor de afdichting van de leidingen en een eventuele isola-
tie hiervan is het nood akeli k materialen te gebruikt worden
dat bestand is tegen hoge temperaturen (siliconen of mastiek
geschikt voor hoge temperaturen).
et enige hori ontale deel mag tot m lang i n. Een totaal van
twee bochten met een ma . wi dte van 9
et is nood akeli k (als de afvoer niet naar een schoorsteen lo-
opt) een verticaal stuk van minstens , m en een windscherm
te installeren (referentie
et verticale kanaal kan owel intern als e tern i n.
ls het rookkanaal ich in de buitenlucht bevindt, moet hi op
passende wi e geïsoleerd i n.
ls het rookkanaal in een schoorsteen uitkomt, moet de e
geschikt i n voor vaste brandstoffen. ls de doorsnede groter
is dan
mm, is het nood akeli k hem te verkleinen door hier
leidingen met een uiste doorsnede en gemaakt van passende
materialen in aan te brengen (bi v. stalen leidingen met een
doorsnede van 8 mm). e verschillende delen van het rookka-
naal moeten geïnspecteerd kunnen worden. e schoorstenen en
rookkanalen waar apparaten voor de verbranding van vaste
brandstoffen op aangesloten i n, moeten eenmaal per aar
geveegd worden (controleer of in uw land dit per wet geregeld
is). Een onregelmatige controle en reiniging orgen ervoor dat
het gevaar voor schoorsteenbrand toeneemt. oer in dit geval
de volgende handelingen uit voorkom het blussen met water;
leeg de pelletstank; eem na een brand contact op met gespe-
cialiseerd personeel voordat u het apparaat weer aansteekt.
TYPISCHE GEVALLEN
geïsoleerde stalen schoorsteen
minimum hoogte , m en in ieder geval boven de dakgoot.
luchttoevoer naar omgeving (minimum doorsnede 8 cm )
stalen rookkanaal in een bestaande gemetselde schoorsteen.
SCHOORSTEENPOT
e fundamentele eigenschappen i n
- interne doorsnede aan de onderkant geli k aan de doorsnede
van de schoorsteen
- doorsnede van de afvoer minstens tweemaal o groot als de
doorsnede van de schoorsteen
- bovenop het dak in de wind geplaatst buiten het bereik van re u o-
nes, boven de nokbalk en buiten het bereik van re u gebieden.
- 98
- 98
-
-
8
gecerti ce-
is toegestaan.
8 ).