Alleen voor Y1-unittypen (3~)
[6-04]=1
1
L1
L2L3
N
1
2
S1S
3
2
L1
L2L3
N
1
2
S1S
3
3
L1
L2L3
N
1
2
S1S
3
6
3
L1 L2
L3
N X1M
1
Kast voeding met kWh-voordeeltarief
2
Ontvanger voor het signaal van de elektriciteitsmaatschappij
3
Voeding met kWh-voordeeltarief
4
Spanningsvrij contact naar binnenunit
5
Voeding met normaal kWh-tarief
6
Zekering (lokale levering)
In het geval van een installatie met een voeding met kWh-
voordeeltarief, moet u de bedradingsbruggen op X2M
verwijderen alvorens de voeding met normaal kWh-tarief
te installeren.
Wanneer de binnen- en buitenunit op een voeding met kWh-
voordeeltarief zijn aangesloten, moet het spanningsvrij contact van
de ontvanger voor het signaal van het kWh-voordeeltarief van de
elektriciteitsmaatschappij worden aangesloten op klem 7 en 8 van
X3M (zoals hierboven afgebeeld).
Wanneer parameter [6-04]=1 op het moment dat het signaal voor
kWh-voordeeltarief
door
de
gestuurd, gaat dat contact open en wordt de unit in de stand
(1)
gedwongen uit geschakeld
.
Wanneer parameter [6-04]=2 op het moment dat het signaal voor
kWh-voordeeltarief
door
de
gestuurd, sluit dat contact en wordt de unit in de stand gedwongen uit
(2)
geschakeld
.
(1) Wanneer het signaal opnieuw stopt, sluit het spanningsvrij contact en begint de
unit weer te werken. Daarom is het belangrijk dat de automatische herstartfunctie
ingeschakeld blijft. Zie lokale instelling "[8] Instelling optie, [8-01]" in het
hoofdstuk "Lokale instellingen" op pagina 21.
(2) Wanneer het signaal opnieuw stopt, gaat het spanningsvrij contact open en
begint de unit weer te werken. Daarom is het belangrijk dat de automatische
herstartfunctie ingeschakeld blijft. Zie lokale instelling "[8] Instelling optie, [8-01]"
in het hoofdstuk "Lokale instellingen" op pagina 21.
Montagehandleiding
20
[6-04]=2
1
L1
L2L3
N
1
2
S1S
4
3
2
L1
L2L3
N
1
2
S1S
4
3
3
L1
L2L3
N
1
2
S1S
4
3
L N
6
4
5
X1M
7 8
X3M
8 9
X2M
8 9
10 11
X2M
elektriciteitsmaatschappij
wordt
elektriciteitsmaatschappij
wordt
Type 1
De voeding met kWh-voordeeltarief is van het type zonder
onderbreking van de voeding.
Type 2
De voeding met kWh-voordeeltarief is van het type met onderbreking
van de voeding na een bepaalde tijd.
Type 3
De voeding met kWh-voordeeltarief is van het type met onmiddellijke
4
onderbreking van de voeding.
LET OP
Als de voeding met kWh-voordeeltarief van het type is
waarbij de voeding niet wordt onderbroken, wordt de
unit in de stand gedwongen uit geschakeld.
4
O
PSTARTEN EN CONFIGUREREN
De configuratie van de binnenunit door de installateur dient te zijn
afgestemd op de omgeving van de installatie (klimaat, geïnstalleerde
opties, enz.) en de expertise van de gebruiker.
Het is belangrijk dat de installateur alle informatie in dit
4
hoofdstuk achtereenvolgens leest en dat het systeem
gepast wordt geconfigureerd.
Nadat na een stroompanne de voeding naar de unit wordt
hersteld, worden de instellingen van het systeem
automatisch weer ingesteld en herstart het systeem.
Controles vóór ingebruikname
Schakel de voeding uit voordat u aansluitingen uitvoert.
Controleer de volgende punten na de installatie van de unit:
1
Lokale bedrading
Controleer of de lokale bedrading volgens de in hoofdstuk "Werk
aan de elektrische bedrading" op pagina 16 beschreven
instructies en richtlijnen is uitgevoerd, volgens de bedradings-
schema's en volgens de Europese en nationale regelgevingen.
2
Zekeringen en beveiligingen
Controleer of het type en de waarde van de zekeringen en
andere lokaal geïnstalleerde beveiligingen overeenstemmen
met de vereisten vermeld in het hoofdstuk "Elektrische
specificaties" op pagina 40. Zorg ervoor dat er geen zekering of
beveiliging is overgeslagen.
3
Aarding
Zorg ervoor dat de aardkabels correct zijn aangesloten en de
aardklemmen stevig zijn vastgemaakt.
4
Interne bedrading
Controleer of er geen losse aansluitingen of beschadigde
elektrische componenten in de schakelkast en binnenin de unit
zichtbaar zijn.
5
Montage
Controleer of de unit correct is geïnstalleerd om abnormale
geluiden en trillingen te voorkomen bij het opstarten van de unit.
6
Beschadigde onderdelen
Controleer de binnenkant van de unit op beschadigde onder-
delen of platgedrukte leidingen.
7
Koelmiddellek
Controleer de binnenkant van de unit op koelmiddellekken.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer als er een koelmiddellek is.
Raak geen koelmiddel aan dat uit de aansluitingen van de
koelmiddelleidingen is gelekt.
Anders kan u vrieswonden oplopen.
RKHBRD011~016ABV1+Y1
Binnenunit voor lucht-water-warmtepompsysteem
4PW61218-1C – 2012.06