8.
Gebruik beton om de fundatiebouten vast
te zetten in de fundering.
9.
Wacht totdat het beton goed uitgehard is
en zet de fundatieplaat daarna waterpas.
10.
Draai de bouten in de ondergrond
gelijkmatig en stevig aan.
Opmerking:
Voor fundatieplaten wordt
geadviseerd om de fundatieplaat
met krimparme betonmortel aan te
brengen.
Als de overdracht van trillingen
storend is, dient u trillingsdempende
steunen tussen de pomp en de
fundering te plaatsen.
De pomp op een basisframe monteren
Controleer of aan de volgende punten wordt
voldaan:
Stevig basisframe dat niet kantelt of trilt
tijdens de werking (resonantie).
De montageoppervlakken van de
pompvoet en de motor op het basisframe
moeten vlak zijn (machinaal bewerken
wordt aangeraden).
Er moet een veilige bevestiging van de
pomp en de motor worden gegarandeerd.
Er moet voldoende ruimte tussen de
pomp en de motoras overgelaten worden
afhankelijk van de koppeling die gebruikt
wordt.
Tussen de pomp en het basisframe
moeten de nodige vulstukken
aangebracht worden zodat in geval van
vervanging dezelfde hoogte tussen de
bodem- en middenlijn afgesteld kan
worden (geadviseerde verticale afstelling
4-6 mm).
4.4.2 Checklist leidingen
Controleer of de installatie aan de volgende
punten voldoet:
De aanzuigliftleiding is aangelegd met
een omhoog lopende helling, bij de
positieve aanzuighoofdleiding met een
aflopende helling richting de pomp.
De nominale diameters van de leidingen
zijn minstens gelijk aan de nominale
diameters van de pompaansluitingen.
De leidingen zijn dichtbij de pomp
vastgezet en aangesloten zonder druk of
spanning over te brengen.
LET OP:
Lasranden, aanslag en andere
onzuiverheden in de leidingen
beschadigen de pomp.
Zorg dat de leidingen vrij zijn van
onzuiverheden.
Installeer zo nodig een filter.
4.4.3
Uitlijning van de koppeling
Nadat de pomp op de fundatie is gemonteerd
en de leidingen aangesloten zijn de koppeling
opnieuw afgesteld moet worden, ook als de unit
nl - Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
volledig gemonteerd op het frame geleverd is.
Verwijder de koppelingsbescherming
Type van draadgaas
Voor informatie, zie Afbeelding 18.
1.
Maak het bevestigingsmateriaal (2) los.
2.
Maak de liftbescherming (1) open.
–
Draai de schroeven, tussenringen
en moeren niet los.
Uitlijning
Voor informatie, zie Afbeelding 19.
1.
Draai de schroeven van de steun en de
pompvoet los.
2.
Leg de meetlat (1) in de asrichting op
beide koppelingshelften.
3.
Laat de meetlat (1) in deze positie liggen
en draai de koppeling met de hand.
–
De koppeling is op de juiste manier
uitgelijnd als de afstanden 'a' en 'b'
ten opzichte van de respectievelijke
assen op alle punten rond de
omtrek hetzelfde zijn.
–
De radiale en axiale afwijking
tussen de twee koppelingshelften
mag niet groter zijn dan de door de
fabrikant vastgestelde waarden,
zowel tijdens stilstand als tijdens de
bedrijfstemperatuur en onder de
inlaatdruk.
GEVAAR: Explosiegevaar van de
koppeling
De koppeling kan exploderen als de
onderhoudstermijnen niet
aangehouden worden of als de
maximale toegestane torsiespeling
overschreden wordt:
Risico op ernstig lichamelijk letsel
door wegslingerende delen.
Risico op explosie in potentieel
explosieve omgevingen.
Neem de onderhoudsvoorschriften
voor de koppeling die in deze
handleiding staan strikt in acht en
controleer de onderdelen van
elastomeer op slijtage.
4.
Controleer de afstand tussen de twee
koppelingshelften rondom de omtrek met
een meter (2).
–
De koppeling is op de juiste manier
uitgelijnd als de afstanden tussen
de twee koppelingshelften op alle
punten rond de omtrek hetzelfde
zijn.
–
De radiale en axiale afwijking
tussen de twee koppelingshelften
mag niet groter zijn dan de door de
fabrikant vastgestelde waarden,
zowel tijdens stilstand als tijdens de
bedrijfstemperatuur en onder de
inlaatdruk.
5.
Draai de schroeven van de steun en de
pompvoet weer aan zonder dat er enige
belasting of spanning overgebracht wordt.
In plaats van een meetlat of een diktemeter kan
een meetklok gebruikt worden.
Om informatie aan te vragen kunt u altijd
93