weergave en/of een geluidssignaal.
Voor algemeen gebruik mag u nooit
meerdere toetsen tegelijkertijd indrukken.
Ingebruikname
U dient eerst de kookplaat en vervolgens de
kookzone in te schakelen:
• De kookplaat inschakelen/uitschakelen:
Actie
Bedieningspaneel
Inschakelen
druk op [ 0/I ]
Uitschakelen druk op [ 0/I ]
• Een kookzone inschakelen/uitschakelen:
Actie
Bedieningspaneel Scherm
Selecteren
d r u k
selectietoets van
de zone
Verhogen
druk op [ + ]
Verlagen
druk op [ - ]
Uitschakelen druk op [ - ]
Indien er geen instellingen doorgevoerd
worden binnen de 20 seconden, keert de
elektronica terug in stand-bymodus.
Kookpandetectie
Dankzij
de
kookpandetectie
veiligheid perfect gewaarborgd worden. De
inductiekookplaat werkt niet:
• Wanneer er zich geen kookpan op de
kookzone bevindt of wanneer die kookpan
niet geschikt is voor inductie. In dat geval
kan het vermogen niet verhoogd worden
en verschijnt het symbool [ U ] op het
scherm. Dat symbool verdwijnt zodra er een
geschikte kookpan op de pit geplaatst wordt.
• Wanneer de kookpan tijdens de bereiding
van de kookzone genomen wordt, zal de
werking onderbroken worden. Het symbool
[ U ] verschijnt op het scherm. Dat symbool
verdwijnt zodra de kookpan opnieuw op de
pit geplaatst wordt. De kookzone wordt
dan opnieuw ingeschakeld op het eerder
geselecteerde vermogen.
Scherm
[ 0 ]
geen of [ H ]
o p
d e
[ 0 ]
[ 1 ] tot [ 9 ]
[ 9 ] tot [ 1 ]
[ 0 ] of [ H ]
kan
de
Gebruik van het toestel
Na het gebruik dient u de kookzone
uit te schakelen. Zorg ervoor dat de
kookpandetectie [ U ] niet actief blijft.
Indicatie van resterende warmte
Na de uitschakeling van de kookzones of de
uitschakeling van de volledige kookplaat,
zullen de kookzones nog warm zijn, wat
aangegeven wordt door het symbool [ H ].
Het symbool [ H ] verdwijnt wanneer de
kookzones
zonder
kunnen worden.
Zolang de indicatie van resterende warmte
weergegeven wordt, mag u de kookzones
niet aanraken en er geen warmtegevoelige
voorwerpen op plaatsen. Er is namelijk een
risico op brandwonden en brand aanwezig!
Timerfunctie
De timer kan voor alle pits gelijktijdig
ingeschakeld worden met verschillende
instellingen (van 0 tot 99 minuten) voor elke
zone.
• Instelling of wijziging van de kookduur:
Actie
Bedieningspaneel
Selecteren
D r u k
selectietoets van
de zone
Verhogen
D r u k o p [ + ]
of [ - ]
' T i m e r '
Druk gelijktijdig
selecteren
op [ - ] en [ + ]
D e d u u r
Druk op [ - ]
inkorten
D e d u u r
Druk op [ + ]
verlengen
Na enkele seconden gaat het knipperende
controlelampje aanhoudend branden. De
duur is geselecteerd en het toestel begint af
te tellen.
gevaar
aangeraakt
Scherm
o p
d e
s c h e r m
geactiveerd
[ 1 ] ... [ 9 ]
[ P ]
[ 00 ]
[ 30 ] wordt
29, 28, 27...
[ 00 ] wordt
01, 02, 03...
NL
C
31