1. Schakel de draaischakelaar op „CAP/Ω/•
en selecteer met de toets „MODE" de capaciteitsme-
ting (indicatie „nF").
2. Steek de stekker van de rode meetleiding in de meet-
bus V/Ω en de zwarte meetleiding in de meetbus COM.
3. Sluit de te testen condensator op de meetpunten aan.
Elkos(Elektrolytcondensators) moeten met de polen
juist worden aangesloten (+ aan rood, – aan zwart).
Omdat laadprocessen in de condensator een zekere tijd
nodig hebben, vindt de indicatie met ca. 30 s
ging plaats. Dit is geen fout, maar systeembepaald.
Wachten op een stabiele indicatie, voordat u de meet-
waarde afleest. Een defecte condensator uit zich met
de indicatie „Nul" resp. rond nul in alle bereiken, als hij
onderbroken is. Restspanningen in de condensator,
beschadigde isolatielagen/diëlektrika kunnen aanzienli
jke resultaatvervalsingen opleveren.
E -
E -
18
17
) /
Let erop, dat elektrolytcondensatoren bin-
"
)
)
nen hun tolerantiebereik aanzienlijke strooiingen
kunnen vertonen.
Eventuali tensioni residue nel condensatore, dielettrici /
strati di isolamento danneggiati possono provocare dati
fortemente falsati.
Frequentie-/puls-steekverhoudingmeting
1. Schakel de draaischakelaar naar het frequentiemeet-
bereik (Hz%).
vertra-
2. Steek de stekker van de rode meetleiding in de meet-
bus V/Ω en de zwarte meetleiding in de meetbus
COM.
3. Verbindt de meetleidingen met het meetobject. Nu
wordt de frequentie getoond.
4. Voor puls-steekverhoudingsmetingen drukt u op
„Hz%".
Gebruikshandleiding – Digitale Multimeter BE 50
Gebruikshandleiding – Digitale Multimeter BE 50