NB: Als het batterijvermogen laag wordt tijdens de training, instrueert de
defibrillator u om de batterij onmiddellijk te vervangen. Hij begint te
kwetteren en de blauwe i-knop begint te knipperen. Als u op de blauwe
i-knop of de groene aan/uitknop drukt, herhaalt de defibrillator de instructie
om de batterij te vervangen.
NA GEBRUIK VAN DE TRAININGSELEKTRODECASSETTE
Als u klaar bent met gebruik van de trainingselektrodecassette, houdt u de
aan/uitknop ingedrukt om de defibrillator uit te zetten. Denk eraan dat gebruik
van de trainingselektrodecassette batterijvermogen verbruikt. De batterij van de
defibrillator kan tien uur voor training gebruikt worden. Als het
batterijvermogen na de training laag is, kwettert de defibrillator om u hier op te
wijzen. Vervang de batterij in dat geval door een nieuwe batterij (model
M5070A).
Maak de trainingselektrodecassette als volgt gereed voor het volgende gebruik:
1.
Zet de defibrillator uit. U kunt de volgende stappen uitvoeren zoals
afgebeeld of terwijl de trainingselektrodecassette in de defibrillator
geïnstalleerd is.
2.
Breng de elektroden weer aan
weerszijden van de geheel gele voering
aan en plaats de rode lippen hierbij aan
dezelfde kant van de voering als de gele
lip (A). Druk de elektroden stevig op de
voering tegen elkaar.
3.
Wikkel de draden af. Wikkel de draden vervolgens om de uitsparing in de
defibrillatorcassette en druk ze in het kanaal (B). Plaats de elektroden
vervolgens boven op de opgerolde draden in de cassette. De
borstelektrode moet bovenop liggen en de lipuiteinden van de elektroden
moeten aan de gebogen kant van de cassette liggen (C). Vouw de lip over de
bovenste elektrode omlaag (D).
B
A
C
D
43