A Belastingsmodule opbouw
B Belastingsmodule inbouw
C Designplaat rond of vierkant
D Sensormodule
Afmetingen product
Plafond-/wandmontage op-/inbouw (afb� 3�4)
4� Elektrische installatie
Voor de aansluiting van de bewegingsmelder geldt: volgens VDE 0100 520 punt
6 mag voor de bekabeling tussen sensor en LiveLink Box een meervoudige leiding
worden gebruikt, die zowel de netspanningskabels als de stuurkabels bevat (bijv. NYM
5 × 1,5). De kabellengte tussen de LiveLink Box en de sensor mag niet groter zijn dan
300 m (bij 1,5 mm²). Na het installeren en inschakelen heeft de LiveLink Box ongeveer
45 seconden nodig om op te starten.
Daarna begint de sensor tijdens het initialiseren per seconde te knipperen.
Aansluitvoorbeeld (afb� 4�1)
– Opbouwvariant
Bij beschadiging van de afdichtingsdopjes dient u de openingen voor de kabeldoor-
voer met een dubbele membraanmof M16 resp. M20 (min. IP54) af te dichten.
5� Montage
• Alle onderdelen controleren op beschadigingen.
• Neem het product bij beschadigingen niet in gebruik.
• Kies een passende montageplaats; houd hierbij rekening met de reikwijdte en de
bewegingsregistratie.
Montagestappen
Wandmontage inbouw (afb� 5�1)
Plafondmontage inbouw (afb� 5�2)
Wandmontage opbouw (afb� 5�3)
Plafondmontage opbouw (afb� 5�4)
Voor de wandmontage is naast de afdichtingsdopjes een afwateringsgat voorzien
(Ø 5 mm boor). Dit moet indien nodig geopend worden. (afb� 5�3)
Voor de montage van de HF 3360 LiveLink is optioneel een hoekwandhouder verkrijg-
baar. (art.nr. 035174 wit).
• Stroomtoevoer uitschakelen� (afb� 5�1)
30
• Sensormodule scheiden van de designplaat.
• Sensormodule scheiden van de belastingsmodule.
• Netaansluiting maken.
- opbouwvariant (afb� 5�5)
- inbouwvariant (afb� 5�6)
• Bevestigingsschroeven plaatsen en de belastingsmodule monteren.
• Sensor- en belastingsmodule in elkaar steken en vastschroeven.
• Stroomtoevoer inschakelen. (afb� 5�6)
• Designplaat aanbrengen.
• Functie-instellingen uitvoeren. (➔ '6�Werking')
• Registratiebereik/reikwijdte (afb� 5�7)
6� Werking/bediening
Nadat de aansluiting is uitgevoerd, het apparaat gesloten en de afdekking geplaatst is,
kan de installatie in bedrijf genomen worden.
Master/slave
De HF 3360 LiveLink is geschikt voor gebruik in master-slave-netwerken. Hierbij is de
DALI-sensor de master en de LiveLink-sensor de slave.
In de master-/slavemodus is het mogelijk om ook grote ruimtes te bewaken. De beoor-
deling van de lichtsterkte in de ruimte wordt alleen door de master gedaan. De slaves
melden de bewegingsregistratie aan de master. Het schakelen van de verlichting gaat
uitsluitend via de master. Er kunnen max. 30 deelnemers worden aangesloten.
Aansluitvoorbeeld (afb� 6�1)
Belangrijk: de instellingen worden met de app via de LiveLink Box uitgevoerd.
– Schemerinstelling
– Tijdinstelling
– (Half-) automatisch
– Regeling constant licht
– Koppelen van meerdere sensoren
– Teach-modus
– Testmodus
– Dagmodus
– IQ-modus
– Basislichtsterkte
De sensor wordt m.b.v. een DALI-bus gekoppeld aan de LiveLink Box als besturings-
apparaat. De sensor gebruikt de DALI-kabel voor de communicatie met de LiveLink
Box en voor de stroomvoorziening. De LiveLink-sensoren functioneren uitsluitend met
de passende STEINEL DALI-sensoren in het LiveLink-systeem als uitbreiding van het
bereik.
31