nld
1.4. Elektrische gegevens
BTI RP 108 AR
BTI A-RP 108 AR LI
Snellaadapparaat A-RP 14,4 V LI
Li-Ion/Ni-Cd
Output
1.5. Afmetingen
BTI RP 108 AR
BTI A-RP 108 AR LI
1.6. Gewichten
BTI RP 108 AR aandrijfmachine
BTI A-RP 108 AR LI aandrijfmachine zonder accu
BTI Accu 14,4 V LI
Perstang (gemiddeld)
1.7. Geluidsinformatie
Emissiewaarde op de werkplek
BTI RP 108 AR
BTI A-RP 108 AR LI
1.8. Trillingen
Gemeten effectieve waarde bij het aanzetten
De aangegeven trillingsemissiewaarde werd met een genormde testmethode
gemeten en kan voor vergelijk met een ander apparaat gebruikt worden. De
aangegeven trillingsemissiewaarde kan ook voor een inleidende inschatting
van de uitzetting gebruikt worden.
Let op: De trillingsemissiewaarde kan zich tijdens gebruik van het apparaat
van de aangegeven waarde onderscheiden, afhankelijk van de manier en wijze
waarop het apparaat gebuikt wordt. Afhankelijk van de feitelijke gebruiksom-
standigheden (intermitterend) kan het noodzakelijk zijn veiligheidsmaatregelen
te nemen voor bescherming van de gebruiker.
2. Ingebruikname
Voor de toepassing van de BTI perstangenvan de verschillende buisverbin-
dingssystemen geldt de op dat moment actuele BTI verkoopdocumentatie.
Worden er door de systeemfabrikant componenten van buisverbindingssystemen
veranderd of nieuw in de markt gebracht, dan moet de actuele toepassingsstand
bij BTI (Fax +49 7940 141-9531) aangevraagd worden.
2.1. Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Let op de netspanning! Vóór aansluiting van de aandrijfmachine cq. het
snellaadapparaat controleren of de op het capaciteitsplaatje aangegeven
spanning overeenkomt met de netspanning. Op bouwplaatsen, in vochtige
omgeving, buiten of vergelijkbare situaties het elektrisch apparaat alleen via
30 mA-aardlekschakelaar (Fl schakelaar) bedienen.
Accu's
LET OP
Plaats de accu altijd verticaal in de aandrijfmachine of het snellaadapparaat.
Een schuine plaatsing beschadigt de contacten en kan een kortsluiting veroor-
zaken, waardoor de accu beschadigd wordt.
Diepontlading door onderspanning
Een minimumspanning mag bij accu's Li-ion niet worden onderschreden, omdat
anders de accu door diepontlading kan worden beschadigd. De cellen van de
BTI accu's Li-Ion zijn bij aflevering voor ca. 40% voorgeladen. Daarom moeten
de accu's Li-Ion vóór gebruik geladen en daarna regelmatig bijgeladen worden.
Als dit voorschrift van de cellenfabrikant niet in acht wordt genomen, kan de
accu Li-Ion door diepontlading worden beschadigd.
Diepontlading door opslag
Als een relatief weinig geladen accu Li-Ion wordt opgeslagen, kan deze bij een
langere opslag door zelfontlading diepontladen raken en zo beschadigd worden.
Accu's Li-Ion moeten daarom voor de opslag worden geladen en vervolgens
om de zes maanden bijgeladen en vóór nieuwe belasting nogmaals worden
opgeladen.
LET OP
Voor gebruik de accu laden. Li-Ionaccu's dienen regelmatig te worden
bijgeladen, om diepontlading te voorkomen. Bij diepontlading wordt de
accu beschadigd.
1
Gebruik voor het laden uitsluitend een BTI snellaadapparaat. Nieuwe en langere
tijd niet gebruikte accu's Li-ion bereiken pas na meerdere laadbeurten hun
volledige capaciteit. Niet-oplaadbare batterijen mogen niet worden opgeladen.
230 V 1~; 50 – 60 Hz; 450 W; 1,8 A
S3 20% (AB 2/10 min)
geïsoleerde bescherming (73/23/EWG)
radio-ontstoord (89/326/EWG)
14,4 V =; 3,2 Ah
Input
230 V~; 50 – 60 Hz; 65 W
14,4 – 18 V – ---
365×235×85 mm (14,4"×9,2"×3,3")
338×290×85 mm (13,3"×11,4"×3,3")
4,6 kg
3,8 kg
0,5 kg
1,8 kg
L
= 81 dB
L
= 92 dB
pA
WA
L
= 74 dB
L
= 85 dB
pA
WA
< 2,5 m/s² K = 1,5 m/s²
2
Controle van de laadtoestand voor alle accupersmachines Li-Ion
Alle accupersmachines zijn vanaf 01-01-2011 uitgerust met een elektronische
controle van de laadtoestand door middel van een 2-kleurige, groen-rode led.
De led brandt groen, als de accu volledig of nog voldoende geladen is. De led
brandt rood, als de accu moet worden geladen. Als deze toestand tijdens een
persing optreedt en de persbewerking niet voltooid wordt, moet de persing met
een geladen accu Li-ion worden voltooid. Als de aandrijfmachine niet gebruikt
wordt, gaat de led na ca. 2 uur uit. Wanneer de aandrijfmachine opnieuw wordt
ingeschakeld, begint de led weer te branden.
Snellaadapparaat Li-Ion/Ni-Cd (art.-nr. 9032947)
Als de netstekker ingestoken is, brandt het linker controlelampje continu groen.
Als een accu in het snellaadapparaat gestoken is, geeft een groen knipperend
controlelampje aan dat de accu geladen wordt. Brandt dit controlelampje continu
groen, dan is de accu opgeladen. Knippert een controlelampje rood, dan is de
accu defect. Brandt een controlelampje continu rood, dan ligt de temperatuur
(10,0 lb)
van het snellaadapparaat en/of de accu buiten het toelaatbare werkbereik van
(8,3 lb)
0°C tot +40°C.
(1,1 lb)
LET OP
(3,9 lb)
De snellaadapparaten zijn niet geschikt voor gebruik in openlucht.
2.2. Montage (wisselen) van de perstang (1) bij radiaalpersen (Fig. 1)
K = 3 dB
Netstekker cq. accu uitnemen. Alleen perstangen met systeemspecifiek pers-
K = 3 dB
contour conform het te persen persfittingsysteem gebruiken. BTI perstangen
zijn met hoofdletters ter herkenning van het perscontour en met een getal ter
herkenning van de afmeting gekenmerkt. Plaatsings- en montagevoorschriften
van de systeemfabrikant lezen en opvolgen. Nooit met niet passende perstang
( perscontour, afmeting) persen. De persverbinding kan onbruikbaar zijn en de
machine en de perstang kunnen on nodig beschadigd worden.
Aandrijfmachine op een gunstige manier op tafel of grond leggen. Montage
(wisselen) van de perstang kan alleen plaatsvinden, wanneer de persrollen (5)
geheel zijn teruggelopen. Hiertoe bij BTI RP 108 AR en BTI A-RP 108 AR LI
de terugloopknop (13) zolang indrukken, tot de persrollen (5) helemaal zijn
teruggelopen.
Tanghouderbout (2) openen. Hiertoe vergrendelstift (4) indrukken, de tanghou-
derbout (2) springt veerbelast terug. Gekozen perstang (1) plaatsen. Tanghou-
derbout (2) indrukken, tot vergrendelstift (4) vastklikt. Daarbij drukschuif direct
over de tanghouderbout drukken. Radiaalpersen niet zonder geplaatste
perstang starten. Persbeweging alleen voor het maken van een persverbinding
uitvoeren. Zonder perstegendruk door de persfitting wordt de aandrijfmachine
cq. de perstang onnodig hoog belast.
VOORZICHTIG
Nooit bij niet vergrendelde tanghouderbout (2) persen. Breukgevaar!
3. Werking
3.1. Radiaalpersen (Fig. 1 t/m 2)
Voor ieder gebruik moet met de aandrijfmachine en de daarin geplaatste
perstang een proefpersing met ingelegde persfitting worden uitgevoerd. De
perstang moet volledig sluiten. Daarbij moet na de volledig beëindigde persing
het volledig sluiten van de persbekken (10) zowel aan de top (Fig. 1, bij "A")
alsmede ter hoogte van de verbindingsplaat Fig. 1, bij "B") worden waargenomen.
De dichtheid van de verbinding moet worden gecontroleerd (Landspecifieke
voorschriften, normen, richtlijnen etc. in acht nemen).
Voor ieder gebruik moet de perstang, in het bijzonder het perscontour (11) van
de beide persbekken (10) op schade en slijtage gecontroleerd worden. Bescha-
digde of versleten perstangen niet meer gebruiken. Er bestaat anders gevaar
op een onjuiste persing cq. ongevalgevaar.
Ontstaat bij het sluiten van de perstang een duidelijke braam aan de pershuls,
dan kan de persing fout cq. ondicht zijn (zie 5. storingen).
Om schade aan het persapparaat te voorkomen, dient erop te worden gelet
dat bij werksituaties zoals bijvoorbeeld in fig. 3 t/m 5 getoond, geen spanning
tussen perstang, fitting en aandrijfmachine optreedt.
3.1.1. Werkvolgorde
Perstang (1) met de hand zover samendrukken, dat de perstang over de
persfitting geschoven worden kan. Aandrijfmachine met perstang daarbij haaks
t.o.v. de buis op de persfitting plaatsen. Perstang loslaten zodat d eze zich om
de persfitting sluit. Aandrijfmachine bij de machinegreep (6) en de schakelaar-
greep (9) vasthouden.
Bij BTI A-RP 108 AR LI en BTI RP 108 AR tipschakelaar (8) ingedrukt houden
totdat de perstang volledig gesloten is. Na volle dige persing schakelt de
aandrijfmachine automatisch op terugloop om (gedwongen afloop).
Perstang met de hand samendrukken, zodat deze van de persfitting afgenomen
kan worden.
3.1.2. Functieveiligheid
BTI A-RP 108 AR LI en BTI RP 108 AR beëindigen de persbeweging automa-
tisch onder afgifte van een akoestisch signaal (knakken) en loopen automatisch
terug (gedwongen afloop).
LET OP
Alleen met het volledig sluiten van de perstang is de perfecte persing
gemaakt. Na beëindigde persing moet het volledig sluiten van de pers-
bekken zowel aan de punt (Fig.1, bij "A") als mede ter hoogte van de
nld