10� Caractéristiques techniques
Dimensions (H × L × P)
Saillie :
Encastré :
Puissance absorbée
6 mA / 3 participants DALI, 12-22,5 V
Interface DALI
Câble de commande DALI (compatible multimaître
pour la communication avec le contrôleur d'applica-
tions DALI), Durée de démarrage DALI < 1 s
Mesure de la luminosité
dirigée/diffuse, entre 2 et 1000 lx
Système de détection
2 photodiodes
Indice de protection
Saillie :
Encastré :
Intervalle de température
de -20 °C à 50 °C
11� Dysfonctionnements
Problème
Cause
La valeur de luminosité
■ Câble coupé
n'est pas transmise
■ Alimentation en tension
DALI défectueuse
La valeur de luminosité ne
■ Éblouissement, ombre
correspond pas à la valeur
ou objets réfléchissants
réelle
dans la pièce
95 × 95 × 65 mm
94 × 94 × 54 mm
, no SELV
IP 54
IP 20
Solution
■ Contrôler le câble
■ Procéder au calibrage du
contrôleur d'applications
DALI
■ Éliminer la source de
perturbation (par ex. un
luminaire éblouissant)
- 18 -
NL
1� Over dit document
– Zorgvuldig doorlezen en bewaren
a.u.b.!
– Rechten uit het auteursrecht voorbe-
houden.
Vermenigvuldiging, ook van delen van
deze handleiding, is alleen met onze
toestemming geoorloofd.
– Wijzigingen in het kader van de techni-
sche vooruitgang voorbehouden.
Toelichting van de symbolen
!
Waarschuwing voor gevaar!
Verwijzing naar tekstpassages
in het document�
...
2� Algemene
veiligheidsvoorschriften
Voor alle werkzaamheden
!
aan de sensor dient de
spanningstoevoer te worden
onderbroken! (afb 2�1)
• Bij de montage moet de aan te sluiten
elektrische kabel spanningsvrij zijn.
Daarom eerst de stroom uitschakelen
en op spanningsloosheid testen met
een spanningstester.
• Bij de installatie van de sensor wordt
met netspanning gewerkt. Dit moet
vakkundig en volgens de gebruikelijke
installatievoorschriften en aanslui-
tingsvoorwaarden worden uitgevoerd.
(bijv.: DE: VDE 0100, AT: ÖVE-EN 1,
CH: SEV 1000)
3� Lichtsensor DUAL
Gebruik volgens de voorschriften
– Lichtsensor voor montage binnenshuis
Deze lichtsensor meet met twee ver-
schillende lenzen, gericht en diffuus, de
omgevingslichtsterkte (afb� 6�1, afb� 6�2).
De sensor wordt m.b.v. een DALI-bus
gekoppeld aan het besturingsapparaat.
De sensor gebruikt de DALI-kabel voor
de communicatie en voor de stroom-
voorziening.
Beschrijving van het apparaat
Inbegrepen bij de levering - opbouw
(afb� 3�1)
Inbegrepen bij de levering - inbouw
(afb� 3�2)
Overzicht apparaat (afb� 3�3)
A Aansluitmodule kabels op de muur
B Aansluitmodule kabels in de muur
C Sensormodule
D Designplaat rond of hoekig
Productafmetingen (afb� 3�4)
4� Montage
• Alle onderdelen controleren op be-
schadigingen.
• Neem het product bij beschadigingen
niet in gebruik.
• Niet te dicht bij ramen of spiegelende
oppervlakken plaatsen.
• Zorg ervoor dat geen hoge voorwer-
pen als pallets of meubels onder de
sensor staan.
- 19 -