Snijdiepte Afstellen (Indien Boutdiameter Wordt Weergegeven Op De Schaal) - Enerpac NS Serie Instrucciones

5.3 Slangaansluitingen
Zorg ervoor alleen hoge drukslangen en fi ttingen te gebruiken,
ontworpen voor werking onder 700 bar [10.000 psi]. Zie Figuur 4
voor typische pomp- en slangopstellingen.
Enkelwerkende moerensplijters
Enerpac CR-400 3/8" vrouwelijke koppeling. Dubbelwerkende
moerensplijters zijn uitgerust met twee Enerpac CR-400 3/8"
vrouwelijke koppelingen.
Sluit de hydraulische slang(en) aan tussen de pomp en de
moerensplijtercilinder. Controleer of koppelingen aan beide
uiteinden van de slang(en) zijn volledig aan elkaar geschroefd.
Draai de koppelingen stevig vast met de hand om beperkte
oliedoorstroming te voorkomen.
Enerpac PU-serie
elektrische pomp
Enerpac P-serie
handpomp
Enerpac PA-serie pneumatisch-
hydraulische pomp
Enerpac XA-serie hydraulische pomp
Figuur 4, Hydraulische aansluitingen
(typische pompen getoond)
BELANGRIJK: zorg ervoor dat alle koppelingen volledig zijn
aangesloten. Losse of gedeeltelijk aangesloten koppelingen
blokkeren de toevoer van olie tussen de pomp en de
moerensplijter.
Voor het verwijderen van alle opgesloten lucht uit het systeem,
de cilinder meerdere keren doen uit- en intrekken.
6.0 WERKING
6.1 Snijdiepte afstellen (indien boutdiameter wordt
weergegeven op de schaal)
Met de messnede diepteschaal kan de gebruiker de maximale
slag van de moerensplijter afstellen, en de overeenkomstige
diepte van het snijblad. Deze functie helpt boutschade
voorkomen als gevolg van buitensporige mespenetratie.
Stel de snijdiepte af zoals beschreven in de volgende stappen:
1. Zorg ervoor dat de moerensplijtercilinder volledig is
ingetrokken.
zijn uitgerust met
0-700 bar
[0-10,000 psi]
manomete
Opmerking:
Slangopstelling
voor enkelwerkende
moerensplijter modellen
wordt weergegeven.
Dubbelwerkende
moerensplijter modellen
vereisen TWEE slangen,
een voor uittrekken en
een voor intrekken.
2. Controleer of de boutdiameter binnen het bereik van de
snijkop ligt (boutdiameterbereik is aangegeven op de schaal).
Zie Sectie 3.2 voor meer informatie.
Opmerking: de snijdiepteschaal is alleen gekalibreerd voor de
volgende schroefdraad, bout en moertypes:
een
Engelse eenheden schroefdraden - Unifi ed (UN) boutschroefdraden
voor zware bouten.
Metrische schroefdraden - Metrische (M) boutschroefdraden voor
standaard moeren.
Voor ieder andere schroefdraad, bout of moer, sla de volgende
stappen in deze sectie over en raadpleeg Sectie 6.2 voor
aanvullende instructies.
Opmerking: schaalmarkeringen variëren
afhankelijk van de snijkopgrootte.
Figuur 5, Mes snijdiepteschaal
3. Draai de plastic instelschroef los op de snijkoptrommel,
indien ze is vastgedraaid. Zie Figuur 3, element A.
4. Draai de snijkop totdat de rode markeerlijn op de meshouder
op een lijn staat met de vereiste boutmaat markeerlijn op de
schaal. Zie fi guur 5.
5. Draai de plastic instelschroef opnieuw vast..
6.2 Snijdiepte afstellen (Indien boutdiameter NIET wordt
weergegeven op de schaal.)
1. Meet de afstand van de vlakke kant van de moer tot de verste
zijde van de bout. Zie Figuur 6.
2. Trek de moerensplijtercilinder uit en houd deze vast op de
volle slag.
3. Draai de plastic instelschroef los in het trommelgedeelte van
de snijkop, indien ze is vastgedraaid. Zie Figuur 3, element A.
4. Draai de snijkop tot de afstand van de kop plat op de punt
van het mes hetzelfde is als de afstand tussen de moer en de
bout eerder gemeten in stap 1, PLUS een extra 1 tot 2 mm
(1/16"). Zie fi guur 7.
BELANGRIJK: zorg ervoor dat de cilinder schroefdraden niet zijn
blootgesteld. Als de schroefdraden zichtbaar zijn, is een grotere
snijkop en mogelijk een grotere cilinder vereist. Raadpleeg Sectie
3.1 voor meer informatie.
5. Draai de plastic instelschroef opnieuw vast.
6. Trek de moerensplijtercilinder terug in.
44