personen en dieren uit de buurt van de motorlasmachine houden .
- De motorlasmachine verdeelt middels het hulpcontact een continue
stroom. Er kunnen dus ALLEEN werktuigen worden
aangesloten die uitgerust zijn met een universele motor
(borstels). Verifiëren of de spanning van de apparatuur
overeenstemt met diegene verdeeld door het hulpcontact .
Het is verboden en gevaarlijk ieder ander type van lading aan te
sluiten . Voor bijkomende details het hoofdstuk
VAN DE MOTORLASMACHINE ALS GENERATOR IN CONTINUE
STROOM " raadplegen.
- Het is verboden en gevaarlijk de machine te verbinden met een
elektrische energie van een elektriciteitsnet van het gebouw .
- De machine niet gebruiken in vochtige, natte ruimten of in de regen.
- Geen kabels met een versleten isolering gebruiken en ze uit de
buurt houden van de warme gedeelten van de machine .
ALGEMENE VEILIGHEID VOOR HET BOOGLASSEN
De operator moet voldoende ingelicht zijn voor wat betreft het
veilig gebruik van de motorlasmachine en de risico's verbonden
met de procedures van het booglassen, de desbetreffende
beschermingsmaatregelen en de procedures van noodgeval.
(Ook de "TECHNISCHE SPECIFICATIE IEC of CLC/TS 62081"
raadplegen: INSTALLATIE EN GEBRUIK VAN DE APPARATUUR
VOOR BOOGLASSEN).
- Rechtstreeks contact vermijden met het circuit van het lassen ;
de spanning leeg geleverd door de motorlasmachine kan
gevaarlijk zijn in sommige omstandigheden .
- De verbinding van de laskabels, de operaties van nazicht en de
herstellingen moeten uitgevoerd worden met een
uitgeschakelde motorlasmachine .
- De motorlasmachine uitschakelen voordat men de versleten
elementen van de toorts vervangt .
- De machine niet gebruiken in vochtige, natte ruimten of in de
regen.
- Geen kabels met een versleten isolering of met loszittende
aansluitingen gebruiken.
- Niet lassen op containers, bakken of leidingen die vloeibare of
gasachtige ontvlambare stoffen bevatten of hebben bevat .
- Vermijden te werken op materialen schoongemaakt met
chloridehoudende solventen of in de nabijheid van deze
stoffen .
- Niet lassen op bakken onder druk .
- Alle ontvlambare stoffen (vb. hout, papier, vodden, enz.) uit de
werkzone verwijderen.
- Zorgen voor een adequate luchtverversing of voor geschikte
middelen om de lasrook af te zuigen in de nabijheid van de
boog ; er is een systematische benadering noodzakelijk voor
de evaluatie van de limieten van blootstelling aan de lasrook in
functie van hun samenstelling, concentratie en tijdsduur van
de blootstelling zelf .
- De gasfles beschermen tegen warmtebronnen, inbegrepen de
zonnestralen (indien gebruikt).
,
*
- Een adequate elektrische isolering toepassen voor de
elektrode, het stuk in bewerking
gedeelten die in de (toegankelijke) nabijheid op de grond zijn
geplaatst
Dit kan normaal bekomen worden door handschoenen,
schoeisel, een hoofddeksel en kledij te dragen die voor dit doel
voorzien zijn en middels het gebruik van voetplanken of
isolerende tapijten.
- De ogen altijd beschermen met speciale niet actinische glazen
gemonteerd op maskers of helmen .
De speciale beschermende vuurwerende kledij dragen en
vermijden de huid bloot te stellen aan de ultraviolet en
infrarood stralen geproduceerd door de boog ; de
bescherming moet uitgebreid worden tot de andere personen
in de nabijheid van de boog middels schermen of niet
reflecterende gordijnen .
- LawaaiIndien er zich omwille van bijzonder intensieve
lasoperaties
een niveau van dagelijkse persoonlijke
blootstelling (LEPd) voordoet, gelijk aan of groter dan 85db(A),
is het gebruik verplicht van adequate individuele
beschermingsmiddelen .
- De elektromagnetische velden gegenereerd door het
lasproces kunnen interfereren met de werking van elektrische
en elektronische apparatuur .
De dragers van elektrische of elektronische vitale apparatuur
(vb. Pace-maker, ademhalingstoestellen, enz...), moeten hun
arts raadplegen voordat ze in de nabijheid van de
gebruikszones van deze motorlasmachine blijven staan .
Men raadt aan de dragers van vitale elektrische of elektroniche
apparatuur het gebruik af van deze motorlasmachine .
" G E B R U I K
)
en eventuele metalen
- Deze motorlasmachine beantwoordt aan de vereisten van de
technische standaard van het product voor het exclusief
gebruik in industriële ruimten en voor professionele
doeleinden .
Het overeenstemmen met de elektromagnetische
compatibiliteit in huiselijke omgeving is niet gegarandeerd.
SUPPLEMENTAIRE VOORZORGSMAATREGELEN
- DE LASOPERATIES:
- In ruimten met een verhoogd risico van elektroshock,
- In aangrenzende ruimten,
- In aanwezigheid van ontvlambare of explosieve materialen .
Deze MOETEN vooraf geëvalueerd worden door een "Ervaren
verantwoordelijke" en altijd uitgevoerd worden in
aanwezigheid van andere personen opgeleid voor ingrepen bij
noodgevallen .
D e i n 5 . 1 0 , A . 7 , A . 9 b e s c h r e v e n t e c h n i s c h e
beschermingsmiddelen MOETEN toegepast worden van de
"TECHNISCHE SPECIFICATIE IEC of CLC/TS 62081"
- Het lassen met de operator opgetild van de grond MOET
verboden zijn, behoudens een eventueel gebruik van een
veiligheidsplatform .
- SPANNING TUSSEN ELEKTRODEHOUDER OF TOORTS :
wanneer men werkt met meerdere lasmachines op een enkel
stuk of op meerdere stukken die elektrisch verbonden zijn, kan
er een gevaarlijke som van spanningen leeg gegenereerd
worden tussen twee verschillende elektrodehouders of toorts,
aan een waarde die het dubbel van de toegestane limiet kan
bereiken .
Het is noodzakelijk dat een ervaren coördinator de
instrumentele maatregel uitvoert om te bepalen of er een risico
bestaat en om de adequate beschermingsmaatregelen te
kunnen treffen zoals aangeduid wordt
"TECHNISCHE SPECIFICATIE IEC of CLC/TS 62081".
RESIDU RISICO'S
- ONJUIST GEBRUIK: het gebruik van de motorlasmachine is
gevaarlijk voor alle andere bewerkingen die verschillen van
diegene die voorzien zijn (vb. ontvriezen van buizen van de
waterleiding).
- Het is verboden de machine op te tillen indien vooraf niet alle
kabels/leidingen van verbinding of voeding gedemonteerd
werden.
De enige toegelaten manier van optillen is diegene die voorzien
is in het gedeelte "INSTALLATIE" van deze handleiding.
- Het is verboden de motorlasmachine te trekken op het
wegennet.
2. INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING
Deze motorlasmachine is een stroombron voor het booglassen,
specifiek gerealiseerd voor MMA -lassen in continue stroom (DC).
De karakteristieken van dit systeem van regeling (INVERTER), zoals
de hoge snelheid en de precisie van de afstelling, geven aan de
motorlasmachine excellente kwaliteiten bij het lassen van beklede
elektroden (rutiel, zure, basisch, cellulose).
De machine is bovendien uitgerust met een hulpcontact voor de
voeding in continue stroom van werktuigen voorzien van een
universele motor (borstels) zoals hoekvormige polijstmachines en
boormachines .
ACCESSOIRES GELEVERD OP AANVRAAG:
- Kit MMA-lassen.
- Kit TIG-lassen.
- Adaptor gasfles Argon.
- Drukreductor.
- ToortsTIG.
- Kit wielen (in serie voor model met I max=200A).
- Kit voeding AC.
3. TECHNISCHE GEGEVENS
PLAAT GEGEVENS
De hoofdgegevens m.b.t. het gebruik en de prestaties van de
motorlasmachine zijn samengevat in de plaat met de karakteristieken
met de volgende symbolen :
1- Symbool S: wijst erop dat er operaties van lassen kunnen
uitgevoerd worden in een ruimte met een verhoogd risico van
elektroshock (vb. in de onmiddellijke nabijheid van grote metalen
massa's ).
2- Symbool van de voorziene procedure van lassen .
3- Symbool van de binnenstructuur van de lasmachine .
4- Inschrijvingsnummer voor de identificatie van de lasmachine
(noodzakelijk voor technische assistentie, aanvraag reserve
onderdelen, opzoeken oorsprong product ).
5- EUROPESE referentienorm voor de veiligheid en de bouw van de
machines voor booglassen
6- Prestaties van het lascircuit:
- U : maximum spanning leeg.
0
- I /U : Stroom en overeenstemmende genormaliseerde
2
2
spanning die verdeeld kunnen worden door de lasmachine
tijdens het lassen .
- X : Rapport van intermittentie: wijst op de tijd waarin de
- 27 -
in 5.9 van de
2
Fig. A