A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 6 6 – – H H e e f f s s t t a a n n g g e e n n a a a a n n v v o o e e t t e e n n e e i i n n d d e e
4. Bediener hoofdeinde: Duw de rode trackloszetstang tegen de zwarte dwarsstang aan (Afbeelding 8). Ontspan uw greep
op de loszetstang en trek het S S t t a a i i r r - - T T R R E E A A D D -systeem krachtig naar de volledig uitgeschoven stand totdat beide zijden
stevig vergrendeld zijn. Verzeker u er altijd van dat beide zijden van het S S t t a a i i r r - - T T R R E E A A D D -systeem vergrendeld zijn door te
proberen het weer op te klappen.
5. Bedieners zijn naar elkaar gekeerd terwijl ze de trap afgaan.
6. Bediener hoofdeinde: Kantel de stoel net ver genoeg achterover dat het S S t t a a i i r r - - T T R R E E A A D D -systeem contact maakt met de
vloer (Afbeelding 9).
A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 8 8 – – R R o o d d e e t t r r a a c c k k l l o o s s z z e e t t s s t t a a n n g g
7. Beide bedieners: Houd de kantelhoek onveranderd en stuur de stoel over de rand van de trap. Laat het S S t t a a i i r r - - T T R R E E A A D D -
systeem met de eerste trede in aanraking komen (Afbeelding 10).
8. Beide bedieners: Laat het systeem langs de trap naar beneden schuiven totdat de loopvlakken recht over de randen
van twee of drie treden heen liggen (Afbeelding 11).
9. Bediener hoofdeinde: Oefen een lichte neerwaartse druk uit op de uitschuifbare bovenste bedieningshandgreep terwijl
de bediener aan het voeteneinde lichte opwaartse druk uitoefent op de hefstangen aan het voeteneinde om te
voorkomen dat de stoel naar voren kantelt terwijl hij langs de trap naar beneden schuift.
NL
14
A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 7 7 – – L L o o s s z z e e t t k k a a b b e e l l b b o o v v e e n n s s t t e e
b b e e d d i i e e n n i i n n g g s s h h a a n n d d g g r r e e e e p p
A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 9 9 – – D D e e s s t t o o e e l l k k a a n n t t e e l l e e n n
6254-109-005 Rev C.0