druk van de inlaatlucht wordt beperkt, gaat de pomp langzamer
lopen en valt hij stil wanneer de hydraulische druk hoger wordt. Om
een druk te verkrijgen waarbij de pomp ophoudt te werken, moet
de druk van de inlaatlucht worden verlaagd totdat de pomp stil valt
onder de gewenste hydraulische druk en moet de luchtdruk
worden verhoogd tot de gewenste hydraulische druk is bereikt.
Bedien de pomp nogmaals om te controleren bij welke druk de
pomp stil valt.
NB: 10.000 psi TURBO pompen zijn niet ontworpen om stil te
vallen en daarna opnieuw gestart te worden. De afdichtingen op
de pomp zullen niet voor een nauwkeurige drukval kunnen zorgen
die nodig is om de juiste stilval te verkrijgen voor het opnieuw
starten van de pomp.
7.0 ONDERHOUD
7.1 Het Juiste Oliepeil In Stand Houden
Controleer het oliepeil van de pomp alvorens de pomp te starten
en vul uitsluitend bij met ENERPAC hydraulische olie wanneer dit
nodig is, door de ontlucht-/vulplug te verwijderen (zie het hoofdstuk
Installatie, stap 5.6).
7.2 De Geluiddemper Schoonmaken
Maak de geluiddemper om de 250 uur schoon, of vaker als de
pomp wordt gebruikt in een vuile omgeving. Verwijder bij PAT-
modellen eerst 2 borstbouten en het voetpedaal. Zie illustratie 15.
Om de geluiddemper vrij te leggen verwijdert u de 2 schroeven
waarmee de geluiddemperplaat op zijn plaats wordt gehouden. Zie
illustratie 16. Was het geluiddemperelement in een sopje, droog
het af en monteer het opnieuw; draai de schroeven handvast aan.
SYMPTOOM
1) Pomp start niet
2) Motor valt stil bij belasting
3) Pomp bouwt geen druk op
4) Pomp bouwt minder druk op dan nodig is
5) Pomp bouwt druk op, maar last verpiaatst zich niet
6) Cilinder komt vanzelf terug
7) Cilinder kornt niet terug
8) Geringe stroornsnelheid van olie
* 85 psi (5,86 bar) luchtdrukvereist om 10.000 psi (700 bar) hydraulische drulkteverkrijgen.
A) Enkeiwerkende type
B) Dubbelwerkende type
7.3 De Olie Verversen
Ververs de olie om de 250 uur. De ontlucht-/vulplug dient als
aftapplug bij het verversen van de olie. Vul de pomp met Enerpac
hydraulische olie. Voer gebruikte olie op passende wijze af.
7.4 Het Luchtinlaatfilter Schoonmaken
Verwijder de wartelverbinding door de twee tapbouten te
verwijderen en het luchtfilter uit de holte te nemen. Blaas met
behulp van een luchtmondstuk alle rommel van het filter af. (Draag
altijd de nodige oogbescherming.) Breng het filter en de
wartelverbinding weer aan. Draai de tapbouten met een
torsiesleutel aan tot 16-18 in.lbs [1,8-2,0 Nm].
8.0 PROBLEMEN OPLOSSEN
De pomp en de systeemonderdelen mogen uitsluitend door
erkende hydraulische monteurs worden onderhouden. Een
systeemdefect kan al dan niet het gevolg zijn van een pompdefect.
Om de oorzaak van het probleem vast te stellen moet het gehele
systeem bij diagnostische procedures in aanmerking worden
genomen. De volgende informatie is uitsluitend bedoeld om te
helpen bepalen of er sprake is van een probleem. Demonteer de
pomp NIET. Neem voor reparatieservice contact op met het
erkende servicecentrum van ENERPAC in uw gebied.
MOGELIJKE OORZAAK
Lucht ukqezet of leiding geblokkeerd
Lage luchtdruk*
Iniaatfilter verstopt, onvoldoende luchtstroom
Extem lek in systeem
Intem lek in pomp
Intem lek in systeemonderdeel
Te laaci oliepeil
Lage luchtdruk *
Interne onflastkIep te laag ingesteld
Extem systeemlek
Intem lek in systeemonderdeel
Last groter dan vermogen van cilinder bij maximale druk
Stroom naar cilinder geblokkeerd
Extem systeemlek
Intem lek in systeemonderdeel
Terugstroming of koppeistuk beperktlgeblokkeerd
Geen belasting op een lastterugloop"-cílinder
Terugsiagveer op cilinder gebroken
Defecte ontlastklep
Terugstroming of koppeistuk beperkt/gebiokkeerd
Defecte klep
Reservoir niet onflucht
Onvoldoende luchttoevoer
Vuil luchtfilter
Verstopt iniaatfilter
33