PRODUCTKENMERKEN
De diagnostische tester ODB2 is een draagbaar en makkelijk te
gebruiken meetapparaat voor de computer van uw voertuig. De
tester werkt in OBD2-standaard (On-board diagnostics level 2).
De OBD2-norm is sinds 1996 van kracht in auto's die in de VS
worden geproduceerd en sinds 2001 (EU) of 2003 met een die-
selmotor (EU). Omdat de voeding rechtstreeks uit het stroomnet
van het voertuig wordt gehaald, is het apparaat altijd klaar voor
gebruik. De juiste, betrouwbare en veilige werking van het appa-
raat is afhankelijk van de juiste exploitatie, daarom:
Lees daarom voorafgaand aan de ingebruikname de volledi-
ge handleiding en bewaar deze goed.
De leverancier is niet aansprakelijk voor schade die voortvloeit
uit het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften en aanbeve-
lingen in deze handleiding. Productgebruik in strijd met het be-
oogde doeleinde leidt tevens tot verval van de garantie.
TECHNISCHE GEGEVENS
Display: 128 x 64 pixels, verlicht
Nominale spanning: 12 V d.c.
Bereik van de batterijspanning: 8-18 V d.c.
Arbeidsvoorwaarden T: 0
C ~ +60
O
Opslagruimte voorwaarden T: -20
Massa: 100 g
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Houd uw werkomgeving veilig. De werkplek moet goed verlicht
zijn. Zorg ervoor dat u voldoende ruimte heeft om u vrij te kunnen
bewegen in het werkgebied. Houd uw werkomgeving vrij van ob-
stakels, vet, olie, afval en ander afval.
Het apparaat is niet bestand tegen overstroming en is ontworpen
voor gebruik binnenshuis. Stel het apparaat niet bloot aan water,
neerslag of andere vloeistoff en.
Controleer het classifi catielabel van het product voor belangrijke
informatie. Als het etiket ontbreekt of onleesbaar is, vraag dan de
fabrikant om een vervangend etiket.
Vermijd contact met alle hete motoronderdelen, anders kunt u
zich verbranden.
Voorkom het onbedoeld ontstaan van brand of explosie. Niet
roken en geen open vuur in de buurt van brandstof, motor en
accu houden.
Verbind of ontkoppel de tester niet terwijl het contact of de motor
loopt.
Het is mogelijk dat de hierboven beschreven waarschuwingen,
voorzorgsmaatregelen en instructies niet alle mogelijke omstan-
digheden en situaties dekken die zich kunnen voordoen. De be-
diener moet begrijpen dat gezond verstand en voorzichtigheid
geen factoren zijn die niet in de apparatuur kunnen worden inge-
bouwd, maar deze zelf moeten leveren.
VOORBEREIDING OP HET WERK
De ODB2-standaard is ontstaan als een ontwikkeling van de
ODB-standaard, die wordt gebruikt om de diagnostiek van voer-
tuigsystemen uit te voeren en de resultaten ervan op te slaan.
Een deel van de diagnostische resultaten is zichtbaar voor de
gebruiker in de vorm van dioden op het dashboard en/of berich-
ten op de computer van het voertuig. Het systeem slaat echter
veel meer gegevens op, die de persoon die de tester gebruikt
kan afl ezen en op basis hiervan een probleem in een voertuig
kan identifi ceren. De tester presenteert gegevens in de vorm van
diagnostische codes van storingen (DTC - Diagnostic Trouble
C R
<80%
O
h
C ~ +70
C R
<80%
O
O
h
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
Code), die bestaan uit vijf alfanumerieke tekens. De DTC-struc-
tuur is gestandaardiseerd en bestaat uit een letter en vier cijfers.
De letter geeft aan welk voertuigsysteem door de storing is ge-
troff en: B - carrosserie, C - chassis, P - motor, U - communicatie-
systeem, het eerste cijfer na de letter aan of het een algemene
(0) of een fabrieksfout betreft (1). Het volgende cijfer geeft het
subsysteem aan van het voertuig waarin de fout is geregistreerd:
0-2 - lucht/brandstofmengsel, 3 - ontstekingssysteem, 4 - extra
emissiecontrole, 5 - stationair draaien van de motor, 6 - compu-
teruitgangen van het voertuig, 7-9 - versnellingsbak. De volgen-
de twee cijfers geven het specifi eke type storing aan. Raadpleeg
de onderhoudshandleiding van het voertuig voor een lijst met
foutcodes of neem contact op met de voertuigfabrikant voor hulp.
Het ODB2 systeem controleert continu enkele parameters vanaf
het moment dat de motor wordt gestart tot het moment dat de
motor wordt uitgeschakeld. Dergelijke parameters hebben de
status van "Ready" (gereed) of "Complete" (volledig). Sommige
parameters kunnen echter alleen onder bepaalde bedrijfsom-
standigheden van het voertuig worden bewaakt, als niet aan
deze voorwaarden wordt voldaan, wordt de status van de pa-
rametercontrole zichtbaar als "Not Ready" (niet gereed) of "Not
complete" (onvolledig). Raadpleeg de servicehandleiding van
het voertuig of neem contact op met de voertuigfabrikant voor
meer informatie over de controle van deze parameters.
Voordat u begint te werken, moet u de Diagnostic Link Connector
(DLC)-aansluiting in uw voertuig vinden, die zich afhankelijk van
het voertuig op verschillende plaatsen bevindt. Raadpleeg de
onderhoudshandleiding van het voertuig of neem contact op met
de autofabrikant voor de locatie van de DLC-aansluiting.
ODB2 Terminologie
PCM - Powertrain Control Module - motorcontrolemodule - een
computer die de motor en de aandrijving aanstuurt.
MIL - Malfunction Indicator Light - storingsindicatorlampje - een
lampje op het dashboard van het voertuig dat een storing aangeeft.
DTC - Diagnostistic Trouble Code - diagnostische storingcode -
alfanumerieke code die de locatie van de fout aangeeft.
FFD - Freeze Frame Data - momentopname-data - als er een
fout in de uitlaatgasemissie wordt geregistreerd, zal het ODB2
systeem niet alleen de DTC weergeven, maar zal het ook de
huidige bedrijfsparameters registreren die kunnen helpen om de
fout te identifi ceren.
PID - Parameter ID - identifi catie van de bedrijfsparameter.
VI - Vehicle Information - voertuiginformatie die in het geheugen
van het computersysteem is opgeslagen.
BEDIENING VAN DE TESTER
Schermtekens:
pijl - geeft de huidige selectie aan,
Pd - betekent wachten op DTC terwijl ze worden doorbladerd,
$ - geeft het nummer aan van de controlemodule waaruit de ge-
gevens worden opgehaald.
Knoppen:
ENTER / EXIT (ingang / uitgang) - bevestigt de selectie of laat u
toe om terug te keren naar het hoofdmenu.
SCROLL (bladeren) - hiermee kunt u door het menu bladeren of
in de systeeminstellingen gaan.
De tester aansluiten op de computer van het voertuig
Controleer of het contact van het voertuig is uitgeschakeld, sluit
de tester aan op de DLC en zet het contact aan, u hoeft de motor
niet te starten.
Wacht tot het startscherm verschijnt, wat tot enkele seconden kan
duren. Gedurende deze tijd mag de tester niet losgekoppeld wor-
31