5.3 Schakel de monsterstroom in
Voer de volgende stappen uit om de monsterklep langzaam te openen. Raadpleeg
op pagina 152 om de richting van de monsterstroom door het systeem te bekijken.
1. Sluit de spoelwaterkraan, de ontluchtingsklep en de afvoerklep.
2. Open de klep van de doorstroomkuvet.
3. Open langzaam de monsterklep om wat monster door het systeem te laten stromen. Ga verder
met het langzaam openen van de monsterklep tot de monsterstroom langzaam en stabiel is
zonder luchtbellen.
Opmerking: Het maximale debiet dat is gespecificeerd voor de sensor is 3 m (10 ft) per seconde.
4. Controleer alle aansluitingen op lekkage.
Hoofdstuk 6 Kalibratie
Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Volg alle veiligheidsvoorschriften van het laboratorium op
en draag alle persoonlijke beschermingsmiddelen die geschikt zijn voor de gehanteerde chemicaliën.
Raadpleeg de huidige veiligheidsinformatiebladen (MSDS/SDS) voor veiligheidsprotocollen.
Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Chemicaliën en afval dienen te worden afgevoerd in
overeenstemming met de plaatselijke, regionale en nationale voorschriften.
De sensor blijft tijdens de kalibratie in de doorstroomkuvet. Met de verschillende kleppen kan de
gebruiker de monsterstroom stoppen en vervolgens de doorstroomkuvet spoelen of vullen met
spoelwater of kalibratievloeistoffen. Gebruik een 2-punts bufferkalibratie met pH 4- en pH 7-
bufferoplossingen.
Opmerking: Om de temperatuurwaarde van de sensor te controleren, verzamelt u het afgetapte water in een bak
die zich zo dicht mogelijk bij de doorstroomkuvet bevindt. Meet de temperatuur van het water in het reservoir en
vergelijk de waarde met de temperatuurwaarde van de sensor. De gebruiker kan ook de temperatuur van de sensor
kalibreren voordat deze in het verdeelstuk wordt gemonteerd. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de sensor
voor instructies voor temperatuurkalibratie.
6.1 De sensor reinigen
Reinig de sensor altijd vóór de kalibratie. Voer de volgende stappen uit om de sensor te reinigen.
Raadpleeg
Afbeelding 1
Opmerking: De 0,10 N zoutzuuroplossing is voldoende om de sensor voor de meeste applicaties te reinigen. Als
er ongewenst materiaal op de sensor achterblijft, gebruikt u de reinigingsoplossing voor elektroden in
en accessoires
op pagina 170.
1. Sluit de monsterklep om de monsterstroom te stoppen.
2. Tap het monster af uit het verdeelstuk:
a. Open de ontluchtingsklep.
b. Open de aftapventiel. Het monster in de doorstroomkuvet loopt door de onderste afvoer.
3. Spoel de sensor met het spoelwater:
a. Open de spoelklep om de sensor met het spoelwater te spoelen. Zie
Met het spoelwater kan de gebruiker de sensor met enige druk doorspoelen.
b. Kijk door het kijkglas om de staat van de sensor te controleren. Spoel de sensor indien nodig
opnieuw om ongewenst materiaal te verwijderen.
c. Sluit de spoelklep.
166 Nederlands
V O O R Z I C H T I G
V O O R Z I C H T I G
op pagina 152 voor de locaties van de kleppen.
Afbeelding 1
Onderdelen
Afbeelding
8.