Veiligheidsvoorschriften Voor Het Airless-Spuiten - WAGNER ProSpray 3.39 Instrucciones De Uso

Equipo de alta presión para pulverizar
Ocultar thumbs Ver también para ProSpray 3.39:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

Veiligheidsvoorschriften
1.
Veiligheidsvoorschriften voor het
Airless-spuiten
D
eze handleiding bevat informatie die u moet lezen en begrijpen voordat
u het toestel gebruikt. Wanneer u bij een gedeelte aankomt dat een van
de volgende symbolen bevat, dient u extra voorzichtig te werk te gaan en
de informatie te allen tijde op te volgen.
Dit symbool geeft een mogelijk gevaar aan dat ernstig
persoonlijk letsel of zelfs de dood tot gevolg kan
hebben. Belangrijke veiligheidsinformatie volgt.
Dit symbool geeft een mogelijk gevaar aan ten opzichte
van uzelf of het toestel. Belangrijke informatie volgt over
hoe u schade aan het toestel respectievelijk kleiner
persoonlijk letsel kunt voorkomen.
Let op
Een gevaarsymbool zoals dit verwijst naar een specifiek,
taakgerelateerd risico. Let op de bescherming.
i
Op deze plaatsen wordt belangrijke informatie gegeven
waar speciale aandacht aan dient te worden gegeven.
GEVAAR: PERSOONLIJk LETSEL DOOR INJECTIE
- Een vloeistofstraal onder hoge druk afkomstig uit
dit apparaat is krachtig genoeg om de huid en het
onderliggende weefsel binnen te dringen, hetgeen
kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel waarbij zelfs
amputatie noodzakelijk kan blijken.
BEHANDEL PERSOONLIJk LETSEL T.G.V. INJECTIE
NIET ALS EEN SIMPELE SNEE! Injectie kan tot
amputatie leiden. Raadpleeg onmiddellijk een arts.
De maximaal toegestane bedrijfsdruk van het toestel
bedraagt 221 bar (22,1 MPa / 3200 PSI).
PREVENTIE:
• NOOIT het pistool op een lichaamsdeel richten.
• NOOIT een lichaamsdeel in de vloeistofstraal houden.
NIET met een lichaamsdeel een eventuele lekkage in
de vloeistofslang proberen af te dichten.
• NOOIT uw hand voor het pistool houden.
Handschoenen geven geen bescherming tegen
persoonlijk letsel door injectie.
• ALTIJD de trekker van het pistool vergrendelen, de
compressor uitschakelen en de druk laten ontsnappen
voordat u het apparaat een onderhoudsbeurt geeft,
de spuitmond of beschermkap daarvan schoonmaakt,
0 bar
de spuitmond verwisselt of het apparaat onbeheerd
achterlaat. Uitschakelen van de compressormotor
betekent niet automatisch dat het systeem drukloos
wordt. De PRIME/SPRAY (doorspuiten/spuiten)
selectiehendel of ontluchtingsventiel moeten in de
juiste stand gezet worden om de druk van het systeem
te laten ontsnappen.
• ALTIJD de beschermkap van de spuitmond tijdens
het spuiten op zijn plaats laten. De beschermkap
van de spuitmond geeft enige bescherming, maar is
hoofdzakelijk een waarschuwingsmiddel.
• NOOIT een spuitpistool gebruiken waarvan de
vergrendeling van de trekker niet werkt en de
beschermkap van de trekker niet op de juiste plaats zit.
• ALTIJD de spuitmond verwijderen alvorens het
systeem door te spoelen of te reinigen.
• Er kan lekkage in de verfslang ontstaan ten gevolge
van slijtage, knikken van de slang of verkeerd gebruik.
Een lek kan de oorzaak zijn van het feit dat spuitlak
in de huid terechtkomt. Controleer de slang voor elk
gebruik.
• Alle accessoires dienen minimaal geschikt te zijn
voor gebruik op de maximale toegestane bedrijfsdruk
van de spuitinstallatie. Dit geldt tevens voor de
spuitmonden, pistolen, verlengstukken en slang.
NL
INFORMATIE VOOR DE BEHANDELD ARTS:
Het binnendringen van spuitlak in de huid leidt tot
traumatische verwondingen. Het is belangrijk om
het letsel zo spoedig mogelijk te behandelen. Stel
de behandeling NIET UIT om toxisch onderzoek
te verrichten. Toxiciteit doet zich bij sommige
spuitlakken voor wanneer deze direct in de bloedbaan
terechtkomen. Overleg met een chirurg / plastisch
chirurg kan raadzaam zijn.
GEVAAR: EXPLOSIE en BRAND - Oplosmiddel- en
verfdamp kunnen exploderen of in brand vliegen. Dit
kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel en/of materiële
schade.
PREVENTIE:
• Zorg voor goede afzuiging van de spuitdampen
alsmede voor een goede toevoer van verse lucht
om opeenhoping van ontvlambare dampen in de
spuitruimte te voorkomen.
• Mogelijke ontstekingsbronnen (zoals statische
elektriciteit, elektrische apparaten, open vuur,
waakvlammen, hete objecten en vonkvorming
die ontstaat bij het insteken en uittrekken van
elektriciteitssnoeren respectievelijk het bedienen van
lichtschakelaars) vermijden.
• Uitspoelen dient altijd in een aparte metalen container
op lage druk te geschieden, waarbij de spuitmond
verwijderd dient te zijn. Houd het pistool stevig tegen
de zijkant van de container aangedrukt om ervoor te
zorgen dat de container geaard is en vonkvorming ten
gevolge van statische elektriciteit wordt voorkomen.
• Het gebruik van kunststof kan vonkvorming ten
gevolge van statische elektriciteit veroorzaken. Hang
dan ook nooit een stuk plastic op om de spuitruimte
af te schermen. Gebruik geen plastic opvangscherm
wanneer u met ontvlambare stoffen spuit.
• Niet roken in de spuitruimte.
• Een goedwerkend brandblusapparaat moet aanwezig
zijn.
• Plaats de spuitinstallatie tenminste 6,1 m van het
te spuiten object in een goedgeventileerde ruimte
(verleng de slang indien nodig). Ontvlambare dampen
zijn vaak zwaarder dan lucht. Het bereik direct boven
het vloeroppervlak dient dan ook zeer goed te worden
geventileerd. De compressor bevat onderdelen waarin
vonkvorming kan optreden waardoor dampen kunnen
ontsteken.
• Het toestel en andere objecten in en rond de
spuitruimte moeten correct worden geaard, om
PE
vonkvorming ten gevolge van statische elektriciteit te
voorkomen.
• Gebruik alleen een geleidende of geaarde hogedruk
vloeistofslang. Het pistool moet middels de aansluiting
van de slang geaard zijn.
• Het elektriciteitssnoer moet aangesloten zijn op een
lichtnet met randaarde (uitsluitend voor elektrische
toestellen).
• Het toestel moet aangesloten zijn op een geaard
object. Gebruik de groene aarde-ader om het toestel
aan te sluiten op een waterpijp, stalen balk of een
ander elektrisch geaard oppervlak.
• Volg de waarschuwingen en instructies van de
fabrikant van de stoffen en oplosmiddelen op. Word
vertrouwd met de MSDS-fiche en de technische
gegevens van het coatingmateriaal om het veilig te
kunnen gebruiken.
• Gebruik geen stoffen die een ontvlammingspunt
lager dan 21°C hebben. Het ontvlammingspunt is de
temperatuur waarbij een stof voldoende damp kan
produceren om te ontvlammen.
• Kies de laagst mogelijke druk om het toestel uit te
spoelen.
24
ProSpray 3.39

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

05580080558040

Tabla de contenido