Aanwijzing bij pijpleidingen
Gebruik geschikte pijpleidingen.
Gebruik geen rechthoekige buisstukken. Zeer efficiënt zijn ellenbogen met een maximale hoek van
45°.
Plak kunststofbuizen aan elkaar voor een duurzame en veilige verbinding of gebruik mofverbindin-
gen met uittrekbeveiliging.
Stilstaand water kan bij sterke vorst niet uitwijken en laat pijpleidingen barsten. Leg daarom lei-
dingen en slangen met een schuinte (50 mm/m) zodat ze leeg kunnen lopen.
Filterhuis opstellen
WAARSCHUWING
Het apparaat geleidt gevaarlijke elektrische spanning en mag niet vlak bij het water worden opge-
steld. Anders bestaat gevaar voor ernstig of dodelijk letsel door elektrische schokken.
Plaats het apparaat beschermd tegen overstroming op een afstand van ten minste 2 m van het
water.
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel door delen met scherpe randen.
Bij alle werkzaamheden aan het filterhuis voorzichtig hanteren om letsel door delen met scherpe
randen te voorkomen.
Plan de opstelling van het filtersysteem. Door een zorgvuldige planning en inachtneming van de om-
gevingsomstandigheden bereikt u optimale bedrijfscondities.
Basis condities, waaraan moet worden voldaan:
De filtermodule heeft in gevulde toestand een hoog gewicht. Kies een geschikte ondergrond (mi-
nimaal platering, beter nog beton) om verzakken te voorkomen.
Plaats de bodemplaat waterpas.
– Het filtersysteem moet waterpas staan (maximale afwijking ± 5 mm).
– Gebruik in de handel verkrijgbare betonplaten, elk van het formaat 500 × 500 mm. U hebt zes
panelen nodig om het vereiste grondvlak van 1500 × 1000 mm te vormen.
– Als u een volgende filtermodule wilt aansluiten, moet de ProfiClear Premium Fleece 200 mm
hoger liggen. (→ Filtermodule ProfiClear Premium L aansluiten)
Plan voldoende bewegingsruimte, om reinigings- en onderhoudswerkzaamheden te kunnen ver-
richten.
Leid het afvalwater in de riolering of zover van de vijver af, dat het niet in de vijver kan terugstro-
men.
Plaats de inloop in de vijver (bijvoorbeeld boven een beekje of waterval) niet hoger dan de uitloop
van het filtersysteem.
Het filtersysteem werkt dag en nacht en ontwikkelt tijdens de automatische reinigingscycli ge-
luiden. (→ Apparaatgegevens)
– Bescherm uw omgeving tegen geluidsoverlast en neem de vereisten voor bescherming te-
gen lawaai in acht.
– Bouw een behuizing om het filtersysteem, die de geluiden effectief dempt.
– Kies de locatie van het filtersysteem zo dat geluidsoverlast zo veel mogelijk wordt voorko-
men.
Als de geplande installatie aanmerkelijk afwijkt van de aanbevelingen in deze handleiding:
– Laat door een speciaalzaak controleren of aan alle technische specificaties wordt voldaan.
Voor een probleemloze werking is dit onontbeerlijk.
NL
121