Opmerkingen :
•
Overschrijd nooit het aangegeven niveau MAX!
•
Open de productenlade nooit wanneer de wasmachine werkt!
•
Een vloeibaar wasmiddel of wasverzachter die lange tijd in contact blijft met de lucht
zal opdrogen en aan de productenlade blijven kleven. Om dit ongemak te vermijden,
giet het wasmiddel en de wasverzachter in de productenlade net voor het wassen
wordt gestart.
•
Het recipiënt voor vloeibaar wasmiddel (4) wordt in het compartiment "2" geplaatst.
Dankzij dit systeem stroomt het wasmiddel op het juiste moment in de trommel.
•
Wanneer u geen voorwas doet, kunt u het wasmiddel ook rechtstreeks in de trommel
doen.
166
Voorbereiden voor het wassen
Sorteren van het wasgoed in functie van de wasetiketten
•
Sorteer het wasgoed per type textiel, kleur, mate van vuilheid en toegelaten
watertemperatuur.
•
Respecteer altijd de instructies die op de etiketten van de kledij staan.
WASSEN
Normaal wassen op 95°C
Delicaat wassen op 60°C
De getallen in de symbolen geven de maximale wastemperaturen aan die niet mogen worden overschreden.
Het streepje onder de symbolen geeft aan dat delicaat moet worden gewassen.
STRIJKEN
Strijken op lage
Strijken op middelhoge
temperatuur
temperatuur
(110°C)
(150°C)
De punten in de symbolen geven de maximale temperatuur weer die niet mag worden overschreden.
DROOGKUIS
Droogkuis toegelaten
Niet droogkuisen
De letters in de symbolen geven de wasprotocollen
aan die bestemd zijn voor professionals (persen,
bleken, enz.)
DROGEN
Drogen bij lage
De punten in de
temperatuur
droogsymbolen
geven de toegelaten
droogtemperatuur weer.
Drogen op een
kleerhanger
Wassen met de hand
Niet wassen
Strijken op hoge
Niet strijken
temperatuur
(200°C)
KLEUREN
Kleuren toegelaten
Kleuren niet toegelaten
Drogen bij normale
Niet drogen in de
temperatuur
droogkast
Plat drogen
Nat ophangen
167