5 Bediening
d.
f.
5.2 Toebehoren
5.2.1 Flexibele doseerslang met terugdoseerventiel
Voor de seriematige dosering kan, behalve voor HF, de flexibele doseerslang worden gebruikt (Toebe-
horen/reserveonderdelen, pag. 562).
De voor het apparaat gespecificeerde waarden voor de juistheid en variatiecoëfficiënt worden alleen
bereikt als volumes > 2 ml worden gedoseerd en de bovenste en onderste aanslag voorzichtig en soe-
pel worden benaderd. De rek van de slangspiraal bedraagt maximaal 800 mm. Zorg er voor gebruik
voor dat de slang netjes in lussen ligt en niet gedraaid is. Voor ieder apparaat gelden er telkens uitge-
sloten toepassingen.
544
Gebruiksaanwijzing
d.
Trek de zuiger voorzichtig tot de aanslag omhoog en
druk deze vervolgens gelijkmatig en zonder veel kracht
omlaag tegen de onderste aanslag.
e.
Veeg de doseercanule af tegen te binnenwand van de
opvangbak.
f.
Sluit de doseercanule met de schroefdop.
AANWIJZING
Druk de zuiger na gebruik altijd omlaag tegen de onderste
aanslag (parkeerstand). Als de zuiger niet tot de onderste
aanslag is ingedrukt, kan ongewenste medialekkage optre-
den.
AANWIJZING
De gevulde toestand van het apparaat tijdens het reinigen
moet expliciet worden aangegeven!
997491