15. Verhelpen van storingen
Storing
De as beweegt te snel
of te langzaam naar de
uitgangspositie
De boorkop raakt steeds weer
los van de spil, ondanks het
feit dat deze weer opnieuw is
bevestigd
Sterke geluidsproductie tijdens
gebruik
Hout splintert bij de
uitvoeropening van de boor
Het werkstuk wordt uit de hand
getrokken
De boor begint te gloeien
De boor verloopt of het gat is
niet rond
De boor blokkeert in het
werkstuk
Overmatig verlopen en
fladderen van de boor
Mogelijke oorzaak
De veervoorspanning is onjuist
ingesteld.
Vuil, vet of olie op de spil of de
binnenkant van de boorkop.
Onjuiste V-snaarspanning.
De spil is te droog.
De riemschijf op de spil zit los.
De riemschijf op de motor zit los.
Geen geschikte ondergrond onder
het werkstuk.
Geen geschikte ondergrond onder
het werkstuk of onvoldoende
bevestigd.
Onjuiste snelheid.
Er komen geen spaanders uit het
boorgat.
Stompe boren.
Te geringe aanvoer.
Harde plekken in het hout of de lengte en
hoek van de boorpunt zijn verschillend.
De boor is verbogen.
Werkstuk en boor zijn gekanteld of de
aanvoer is te hoog.
Onvoldoende V-snaarspanning
Verbogen boor.
Overmatige slijtage van de spillagers.
De boor is niet gecentreerd in de
boorkop gespannen.
De boorkop is niet goed bevestigd.
www.scheppach.com
Oplossing
Instellen van de voorspanning, zie
"Instellen van de spilretourveer".
Gebruik een huishoudelijk
reinigingsmiddel om het oppervlak
van de spil en de boorkop te reinigen.
Zie ook "Montage van de boorkop".
Stel de V-snaarspanning opnieuw in.
Zie ook "Instellen van de snelheid en
de V-snaarspanning".
Test de spil.
Controleer de moer van de riemschijf
op stevige bevestiging en draai deze
zo nodig vast.
Draai de stelschroef op de motor
riemschijf vast.
Gebruik een geschikte ondergrond.
Zie ook "Positionering van het
werkstuk".
Het werkstuk opnieuw voorzien van
een ondergrond of zet het vast.
Verander de snelheid. Zie ook
"Kiezen van het toerental en
V-snaarspanning".
Breng de boor regelmatig uit
het boorgat om spaanders te
verwijderen.
Slijp de boor.
Verhoog de aanvoer.
Slijp de boor.
Vervang de boor.
Plaats iets onder het werkstuk of
bevestig het. Zie ook "Positionering
van het werkstuk".
Stel de V-snaarspanning in. Zie
ook "Kiezen van het toerental en
V-snaarspanning".
Gebruik een rechte boor.
Vervang de spillagers.
Controleer de centrering. Zie ook
"Gereedschap in de boorkop plaatsen
Bevestig de boorkop op de juiste wijze.
Zie ook "Montage van de boorkop"
NL | 75