4.2
Afmetingen
4.2.1
Afmetingen van de binnenunit
760
415
710
4.2.1.1 Afmetingen van de luchtinlaat- en -
uitlaatopeningen
1
2
1
Luchtinlaat
160
200
200
122
2
Luchtuitlaat
4.3
Minimale afstanden voor de installatie
≥500
▶
Installeer en positioneer het product correct en neem
hierbij de op het plan opgegeven minimumafstanden in
acht.
4.4
Eisen aan de opstellingsplaats
▶
Kies een montageplaats, die het gewicht van de binnen-
unit kan dragen.
▶
Monteer het product niet op een bijzonder stoffige plaats
om een verontreiniging van de luchtfilters te vermijden.
▶
Monteer de binnenunit op een plaats, waar de luchtinlaat
en de luchtuitlaat niet kunnen worden geblokkeerd.
▶
Monteer de binnenunit zodanig, dat condenswater via de
condensafvoerleiding eenvoudig kan worden afgevoerd.
▶
Monteer de binnenunit niet in de buurt van warmtebron-
nen, ontvlambare of explosieve gassen en dampen.
▶
Monteer de binnenunit en de elektrische aansluitkabel
op minimaal 1 m afstand van TV- of radiotoestellen om
interferentie en storingsgeluiden te voorkomen.
▶
Plan voldoende plaats voor het onderhoud in, zie de mi-
nimale afstanden.
▶
Houd rekening met de nationale normen en lokale voor-
schriften.
4.5
Montagesjabloon gebruiken
▶
Gebruik de montagesjabloon om de plaatsen vast te leg-
gen waar u gaten moet boren en doorbraken moet ma-
ken.
Installatie- en onderhoudshandleiding 8000011853_01
≥250