Afb. 11 – In een bak leiden
Hang het uiteinde van de afvoerslang in een wastafel
(zie Afb. 10) of een voldoende grote bak (zie Afb. 11).
Zorg voor voldoende verval van de waterafvoerslang.
Het apparaat moet minstens 4 cm boven de wastafel/
het reservoir worden geplaatst.
Gebruik bijvoorbeeld een bevestigingsbeugel of een
slangdoorvoer met zuignap (niet meegeleverd) om de
afvoerslang op te hangen, zodat deze stevig vastzit.
7.5. Aansluiting op het elektriciteitsnet
Na installatie van de wateraansluiting en de wateraf-
voer steekt u de stekker (24) in een stopcontact.
Zorg ervoor dat het stopcontact vrij toegankelijk is,
zodat het apparaat zo nodig snel kan worden losge-
koppeld van het elektriciteitsnet.
8. Apparaat voorbereiden
Afb. 12 – Deur openen
Trek aan de greep (1) om de deur te openen. Klap de
deur volledig open (zie Afb. 12).
Als de deur wordt geopend terwijl het apparaat aanstaat,
wordt het afwasprogramma automatisch onderbroken.
8.1. Deur sluiten
Schuif het serviesrek (6) helemaal in het apparaat.
Duw tegen de deur totdat u deze hoort vastklikken.
8.2. Zoutreservoir vullen
Vaatwasserzout (regenereerzout) wordt gebruikt om wa-
ter met een hardheid vanaf 1-2 ('gemiddeld') te ontharden.
Gebruik altijd voldoende vaatwasserzout.
50
LET OP!
Mogelijke materiële schade!
Bij gebruik van verkeerd zout kan het apparaat bescha-
digd raken.
Gebruik altijd vaatwasserzout/regenereerzout dat ge-
schikt is voor vaatwassers.
Normaal keukenzout is niet geschikt en kan het appa-
raat beschadigen.
Afb. 13 – Zout vullen
Verwijder de servieskorf (6) en draai de dop van het
zoutreservoir (11).
Giet voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt ca.
1 l water in het zoutreservoir (zie Afb. 13).
Vul met een passend hulpmiddel, zoals bijv. een
trechter, 130 g vaatwasserzout in de opening van het
zoutreservoir (11). Het is normaal dat er water uit het
zoutreservoir komt.
Draai na het vullen van het reservoir de dop vast door
deze rechtsom te draaien (zie Afb. 13).
Om schade aan het apparaat te vermijden, moet direct
na het vullen met zout een snelprogramma worden
gestart zonder vaat en vaatwasmiddel. (zie hoofdstuk
"9.6. Spoelprogramma kiezen" op blz. 55).
Als het waarschuwingslampje voor zout gaat branden,
moet het zoutreservoir (11) worden bijgevuld. Nadat het
zoutverbruik conform "8.3. Zoutverbruik instellen" op
blz. 50 is ingesteld en het zoutreservoir (11) gevuld is,
gaat het waarschuwingslampje voor zout uit.
8.3. Zoutverbruik instellen
Om goede wasresultaten te bereiken, heeft de vaatwasser
kalkarm water nodig. Door het doseren van regenereer-
zout wordt met behulp van de onthardingsinstallatie de
benodigde waterhardheid bereikt. Om de goede werking
van de onthardingsinstallatie te behouden, wordt regel-
matig een regeneratie uitgevoerd, die tijdens dit proces
extra water- en energieverbruik veroorzaakt (zie tabel
hierna).
Stel afhankelijk van de lokale waterhardheid het beno-
digde zoutverbruik in.
Kijk in de onderstaande tabel welke instelling voor uw
lokale waterhardheid nodig is.