8 Externe
besturingsmogelijkheden
De MFX-204 kan zowel met de bijgevoegde
software als met een MIDI-software worden
bestuurd.
8.1 Besturing met
de bijgevoegde software
De bijgevoegde software draait onder de bestu-
ringssystemen Windows XP, Windows Vista en
Windows 7 . Hiermee kunt u de MFX-204 com-
fortabel via een pc besturen. Alle parameters
van een effect zijn overzichtelijk op de gebrui-
kersinterface weergegeven en kunnen recht-
streeks worden gewijzigd. Ze kunnen als presets
zowel op de pc als in de MFX-204 worden opge-
slagen.
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van de Microsoft Corporation
in de USA en andere landen.
8.1.1 Voorbereiding
1) Verbind de USB-aansluiting (14) via een
USB-kabel met een USB-aansluiting op de
pc.
2) Stel de MFX-204 in voor de besturing via de
USB-aansluiting:
a) Houd de toets FX LOAD/ PAR / TAP ca.
3 seconden ingedrukt tot de melding
"Config Communication" in de eerste
regel van het display verschijnt.
b) Als in de tweede regel "Device:
verschijnt, dan is de USB-aansluiting
reeds geselecteerd. U kunt de instelmo-
dus opnieuw verlaten (
d).
c) Bij weergave van "Device:
draait u de regelaar PAR VALUE (7) naar
rechts tot de melding "Device:
verschijnt.
d) Om de instelmodus te verlaten, houdt u de
toets FX LOAD/ PAR / TAP ca. 3 seconden
ingedrukt tot er op het display een effect-
naam staat.
Gebruikersinterface voor het effect GATE REVERB
3) Start het bestand "setup.exe" om de software
van de cd op de computer te installeren.
4) Start het besturingsprogramma door op het
symbool ervan te klikken. Het laden van het
programma duurt even, omdat alle parame-
ters die in de MFX-204 zijn opgeslagen, naar
de pc worden doorgestuurd. Op het scherm
wordt dit aangeduid met de melding "Dum-
ping memory; please wait". Na het laden ver-
schijnt de gebruikersinterface van het pro-
gramma, en op het display van de MFX-204
verschijnt de melding "System Lock
Connection". Het effectenapparaat kan nu
alleen via de pc worden bestuurd.
Als het effectenapparaat en de pc niet cor-
rect met elkaar verbonden zijn, kan er alleen
in de "Demo Mode" worden gewerkt.
8.1.2 Bediening
Het besturingsprogramma is heel eenvoudig te
bedienen. Alle parameters kunnen via regelaars
of selectievelden worden ingesteld. Om een
ander effect te activeren, wordt het veld "Effect
change" gebruikt. Met de knop "Effect" kan het
effect worden uit- en ingeschakeld. De overige
knoppen dienen voor volgende functies:
Exit – Voor het verlaten van het besturingspro-
gramma
Zodra het display van de MFX-204 van de mel-
ding "System Lock
weergave van de effectnaam schakelt, kan het
<
>
USB
"
effectenapparaat opnieuw met zijn toetsen en
regelaars worden bediend.
bedieningsstap
Save Preset To PC – Voor het opslaan van de
parameterinstellingen van het actieve effect als
<
>
MIDI=Ch . .
"
preset op de pc; de presetbestanden krijgen de
extensie "fxp".
<
>
USB
"
Load Preset From PC – Voor het laden van een
preset die tevoren op de pc werd opgeslagen
De huidige presetnaam wordt links onderaan de
gebruikersinterface na de melding "Preset on
device =" weergegeven. Als er parameters na
het laden van een preset worden gewijzigd, dan
wordt dit met een asterisk
mer aangeduid.
Save Project To PC – Voor het opslaan van de
momenteel ingestelde parameters van alle 16
effecten
De parameterinstellingen van alle 16 effecten
kunnen als project op de pc worden opgeslagen.
Voor diverse toepassingen kunnen zo verschil-
lende projecten worden opgeslagen; ze krijgen
de extensie "prj".
PC
Load Project From PC – Voor het laden van
een op de pc opgeslagen project
Na het laden van een project is steeds het
REVERB HALL actief.
Reload Current Effect – Om de parameters van
het huidige effect opnieuw te laden, indien deze
werden gewijzigd en de opgeslagen waarden
moeten worden hersteld
Load Preset From Device – Om een preset te
laden die in de MFX-204 is opgeslagen
Save Current Preset To Device – Om de
momenteel ingestelde parameters van het
actieve effect als preset in de MFX-204 op te
slaan
ReConnect – Om de verbinding te herstellen
tussen het effectenapparaat en de pc door de
software, bijvoorbeeld in het geval van storingen
PC Connection" naar de
bij de gegevensoverdracht.
NL
voor het presetnum-
*
B
41