Bevestigen met bevestigingsbanden (zie afbeelding C):
Trek de bevestigingsbanden (24) door de bandgeleidingen (25)
en bevestig het meetgereedschap met beide banden aan buizen
of iets dergelijks. Let erop dat de klittenbandbevestiging van het
uiteinde van de band op de bevestigingsband wordt aangedrukt.
Bij dunne buizen steekt u daarvoor de bevestigingsband met de
gladde zijde naar buiten door de bandgeleidingen en slaat u de-
ze zoals op de afbeelding getoond nogmaals om het meetge-
reedschap. Bij dikke buizen steekt u de bevestigingsband met
de gladde zijde naar binnen door de bandgeleidingen.
Zet het meetgereedschap altijd vast met beide bevesti-
u
gingsbanden en controleer of de bevestigingsbanden
goed vastzitten. De houdkracht van de banden is afhankelijk
van de aard van het materiaal waaraan ze worden bevestigd.
Los zittende meetgereedschappen kunnen omlaag glijden en
beschadigd worden of beschadigingen veroorzaken.
Laat kinderen de bevestigingsbanden niet zonder toe-
u
zicht gebruiken. Ze kunnen zich verwonden met de bevesti-
gingsbanden.
In-/uitschakelen
Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbeheerd
u
achter en schakel het meetgereedschap na gebruik uit.
Andere personen kunnen door de laserstraal verblind wor-
den.
Druk voor het in- of uitschakelen van het meetgereedschap op
de aan/uit-toets (19).
Als er ca. 30 min lang geen toets op het meetgereedschap wordt
ingedrukt of als de helling van het meetgereedschap niet meer
dan 1,5° wordt gewijzigd, dan worden hellingmeting en display
automatisch uitgeschakeld om de batterijen te sparen.
In‑/uitschakelen laser
Voor het inschakelen van de laserstraal drukt u op de aan/uit-
toets voor laser (16).
Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk zelf
u
niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote afstand.
Voor het uitschakelen van de laserstraal drukt u opnieuw op de
aan/uit-toets voor laser (16).
Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbeheerd
u
achter en schakel het meetgereedschap na gebruik uit.
Andere personen kunnen door de laserstraal verblind wor-
den.
Als u de laser niet gebruikt, dient u deze uit te schakelen om
energie te sparen.
Maateenheid wisselen (zie afbeelding A)
U kunt op elk moment tussen de maateenheden „°", „%" en „mm/
m" wisselen. Druk daarvoor zo vaak op de toets voor maateen-
heid wisselen (20) tot de gewenste maateenheid in de aandui-
ding (c) of (f) verschijnt. De actuele meetwaarde (d) wordt au-
tomatisch omgerekend.
De instelling van de maateenheid blijft bewaard bij het uit- en in-
schakelen van het meetgereedschap.
Geluidssignaal in- en uitschakelen
Met de toets geluidssignaal (17) kunt u het geluidssignaal in- en
uitschakelen. Bij ingeschakeld geluidssignaal verschijnt op het
display de aanduiding voor geluidssignaal (h).
Wanneer u het meetgereedschap inschakelt, is het geluidssig-
naal standaard ingeschakeld.
Meetwaarde-aanduiding en uitlijnhulpmiddelen
De meetwaarde (d) wordt bij elke beweging van het meetge-
reedschap bijgewerkt. Wacht na een sterke beweging van het
meetgereedschap met het aflezen van de meetwaarde tot deze
niet meer verandert.
Afhankelijk van positie van het meetgereedschap verschijnen
meetwaarde en maateenheid 180° gedraaid op het display.
Daardoor kan de aanduiding ook bij bovenhandse werkzaamhe-
den worden afgelezen.
Het meetgereedschap geeft door de uitlijnhulpmiddelen (a) op
het display aan in welke richting het schuin moet worden gehou-
den om de doelwaarde te bereiken. De doelwaarde is bij stan-
daardmetingen de horizontale of verticale lijn, in de functie
Hold/Copy de opgeslagen meetwaarde en bij gewijzigd nulpunt
het opgeslagen nulpunt.
Als de doelwaarde is bereikt, dan verdwijnen de pijlen van de
uitlijnhulpmiddelen (a) en bij ingeschakeld geluidssignaal is een
permanent signaal te horen.
Bosch Power Tools
Nederlands | 63
1 609 92A 58J | (29.11.2019)