9. Montage
De afbeeldingen bij de montageinstructies
staan op de laatste pagina van deze handlei
ding.
Controleer de fiets aan de hand van de veilig-
heids-checklist als u de montage voltooid
hebt!
Let er bij de montage op, dat sommige onder
delen, zoals het schroefdraad van de pedalen
en de stuurkegel, zijn ingevet.
Voor de montage heeft u het volgende
gereedschap nodig (afb. B):
1. Inbussleutel 6 mm (ZLmodel) of
steeksleutel 13 mm (Zmodel)
2. Inbussleutel 5 mm
(alleen bij ZL 183modellen)
3. Steeksleutel 15 mm
De tool wordt niet meegeleverd.
De installatie moet zorgvuldig door een vol
wassene worden uitgevoerd, zodat later onge
vallen of verwondingen worden voorkomen.
Neem daarvoor ruim de tijd. Op sommige
plaatsen moeten schroeven worden aange
draaid met een bepaald koppel. Dit koppel
wordt aangeduid in Nm (bijvoorbeeld 2 Nm).
Als een schroef met een te laag koppel wordt
aangedraaid, kan de verbinding te los zitten en
niet veilig zijn. Als het koppel te groot is, kun
nen schroeven en andere onderdelen worden
beschadigd of vernield. Als u ergens niet zeker
van bent, neem dan contact op met uw leve
rancier of een werkplaats.
Gebruiksaanwijzing
Verwijder eerst de kunststof beschermkappen
op de dopmoeren van de voor en achteras en
aan de voorkant van de cantileverremmen.
Verwijder ook de beschermfolie van de crank
armen.
Verwijder het stuurkussen en draai met een
paar omwentelingen de daaronderliggende
stuurschroef los met behulp van een 6 mm
inbussleutel (ZLmodellen) of een 13 mm
steeksleutel (Zmodel). Nu kunt u de kunststof
beschermkap verwijderen van de klemconus
aan de onderkant van de voorbouwschacht.
Afb. 1: Steek het stuur in de vorkbuis (1). Als
dit moeilijk gaat, draait u de stuurschroef nog
wat losser. Steek het stuur in tot de gewenste
hoogte, zorg dat het loodrecht op het voorwiel
staat uitgelijnd en zet het vast door de stuur
schroef (2) aan te draaien (58 Nm) met be
hulp van een 6 mm inbussleutel (ZLmodellen)
of een 13 mm steeksleutel (Zmodel).
Neem daarbij de markering voor de minimale
insteekdiepte van de voorbouwschacht in acht.
Bevestig nu het stuurkussen weer op het stuur.
Afb. 2: Neem het losse uiteinde van de rem
kabel en steek het tonnetje in de hiervoor be
stemde uitsparing op de remgreep (1). Trek
vervolgens voorzichtig aan de buitenmantel
van de remkabel om de eindaanslag op de
instelschroef van de remgreep te laten aanslui
ten (2).
Let bij de montage van de remkabel erop dat
de kartelschroef van de remkabel recht in de
tegenhouder van de koplamp zit. Anders kan
de rem niet correct worden gemonteerd.
19
NL