Gebruiksklaar maken
3) Draai de vier cilinderkopbouten van de posterior gemonteerde voetpad los en verwijder de voetpad.
4) Zet de voetschaal tegen de prothesevoet.
5) Bestrijk de vier platverzonken bouten met Loctite® en schroef de voetschaal vast (aanhaalmoment: 10 Nm) (zie
afb. 6).
Van voetschaal naar skibinding
>
Benodigd gereedschap en materiaal:
inbussleutels 4 mm en 5 mm, voetpads voor de skibinding, cilinderkopbouten voor de voetpads, Loctite®
636K13
1) Draai de vier platverzonken bouten los en verwijder de voetschaal van de prothesevoet (zie afb. 6).
2) Zet de voetpad die anterior komt te zitten tegen de prothesevoet (zie afb. 5).
3) Bestrijk de twee lange cilinderkopbouten met Loctite® en schroef ze aan de bovenkant in de voetpad (aanhaal
moment: 10 Nm) (zie afb. 4).
4) Bestrijk de twee korte cilinderkopbouten met Loctite® en schroef ze aan de kant van de voetzool in de voetpad
(aanhaalmoment: 10 Nm) (zie afb. 3).
5) Monteer de voetpad die posterior komt te zitten op dezelfde manier.
5.3 Basisopbouw
Basisopbouw TF
Benodigde materialen: momentsleutel 710D4, Loctite 636K13, inbussleutel 4 mm
Zet de prothesevoet op het werkvlak.
Verbind een buisadapter met schroefadapter of dubbele adapter met de prothesevoet.
Stel de hoek α voor de gekozen sport in.
Skiën
Snowboarden
INFORMATIE: houd bij de positionering van het opbouwreferentiepunt rekening met de hakhoogte van de
skischoenen of snowboardschoenen.
Monteer het prothesekniescharnier volgens de gebruiksaanwijzingen van de modulaire adapters.
Positioneer het opbouwreferentiepunt (rotatieas van het prothesekniescharnier) ter hoogte van de afstand van de
kniespleet tot de grond + 20 mm.
Plaats de prothesekoker op het prothesekniescharnier:
positioneer het tuberreferentiepunt ter hoogte van de afstand van de tuber tot de grond.
Stel de hoek β in voor de gekozen sport en de stijl waarin deze sport wordt bedreven. Houd daarbij rekening met de
individuele kokerflexie.
Skiën en snowboarden
Compenseer een door versterkte knieflexie ontstaan hoogteverschil met dubbele adapters.
Controleer de protheseopbouw tijdens de dynamische passessie. Breng zo nodig correcties aan.
Basisopbouw TT
INFORMATIE
Ottobock adviseert het gebruik van een bovenbeenhuls.
Benodigde materialen: momentsleutel 710D4, Loctite 636K13, inbussleutel 4 mm
Zet de prothesevoet op het werkvlak.
Verbind een buisadapter met schroefadapter of dubbele adapter met de prothesevoet.
Stel de hoek α voor de gekozen sport in.
Skiën
Snowboarden
INFORMATIE: houd bij de positionering van het opbouwreferentiepunt rekening met de hakhoogte van de
skischoenen of snowboardschoenen.
Plaats de prothesekoker op de modulaire adapters:
houd hierbij rekening met de afstand van het midden van de kniepees tot de grond en met de lengtematen
van de dagelijkse prothese.
Richt de prothesekoker uit aan de hand van de kniehoek. Deze wordt bepaald door de sport en de stijl waarin deze
sport wordt bedreven. Houd hierbij rekening met de individuele kokerflexie.
Controleer de protheseopbouw tijdens de dynamische passessie. Breng zo nodig correcties aan.
62
Schematisch overzicht van de basisopbouw (zie afb. 7)
Schematisch overzicht van de basisopbouw (zie afb. 7)
min. 75°
min. 75°
min. 120°
min. 80°
min. 80°
max. 80°
max. 85°
max. 160°
max. 85°
max. 90°
ProCarve