TOPCOM BPM Wrist 3500
5.2
Waarom moet u uw bloeddruk meten?
Van de verschillende gezondheidsproblemen waarmee de moderne mens wordt geconfronteerd,
komen problemen die te maken hebben met een hoge bloeddruk verreweg het vaakst voor. Door de
gevaarlijk sterke correlatie tussen hoge bloeddruk en cardiovasculaire aandoeningen en het hoge
ziektecijfer zijn bloeddrukmetingen noodzakelijk geworden om de risicogroepen te identificeren.
5.3
Bloeddruknorm
Dit toestel is uitgerust met een bloeddrukindicator van de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie), die
uw bloeddrukmetingen indeelt in zes stadia (Optimaal tot Ernstige hypertensie) die door de WHO
worden gehanteerd om de bloeddrukniveaus te classificeren zoals weergegeven in onderstaand
schema.
Na elke meting geeft het lcd-scherm automatisch uw positie weer in een van de zes
segmenten van de indicatiebalk die overeenkomt met de bloeddrukindicator van de WHO
Stadia van
bloeddrukniveaus
Stadium 3 –
Ernstige hypertensie
Stadium 2 –
Matige hypertensie
Stadium 1 –
Lichte hypertensie
Hoog – normaal
Normaal
Optimaal
5.4
Detector voor onregelmatige hartslag (IHB)
Het symbool
verschijnt op het scherm wanneer bij de meting een zekere onregelmatigheid in de
hartslag werd vastgesteld. De verschijning van dit symbool kan worden veroorzaakt door een
onregelmatige hartslag, maar ook door praten, bewegen of schudden tijdens de meting.
Gewoonlijk is er geen reden tot ongerustheid, maar als het symbool regelmatig verschijnt, adviseren
wij u om een arts te raadplegen.
•
Als onregelmatig gedetecteerde hartslagmetingen worden in het geheugen
opgeslagen.
•
De hartslagdisplay is niet geschikt om de frequentie van pacemakers te
controleren. Wanneer er tijdens de meting een zekere onregelmatigheid in
de hartslag wordt vastgesteld, raden wij u aan om een arts te raadplegen.
•
Wij raden u echter aan om uw arts uit voorzorg te raadplegen voordat u het
toestel gebruikt wanneer u aan een aritmie lijdt, zoals atriale of ventriculaire
premature hartslag en atriaal fibrilleren of andere speciale aandoeningen.
14
Indicator
Systolisch
in mmHg
Rood
Oranje
160 ~ 179
Geel
140 ~ 159
Groen 3
130 ~ 139
Groen 2
120 ~ 129
Groen 1
< 120
Diastolisch
in mmHg
Laat u onmiddellijk medisch
180
110
behandelen
100 ~109
Raadpleeg een arts
90 ~ 99
Laat uw bloeddruk
regelmatig door een arts
controleren
85 ~ 89
Laat uw bloeddruk
regelmatig door een arts
controleren
80 ~ 84
Controleer uw bloeddruk zelf
< 80
Controleer uw bloeddruk zelf
.
8
Onze aanbeveling