LEGENDA PICTOGRAMMEN
d
Artikelnummer
n
Batchcode
P
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
I
Te gebruiken tot
6
Beschermen tegen zonlicht
7
Droog bewaren
H
Niet voor hergebruik
Q
Inhoud (aantal stuks)
b
Fabrikant
R
Niet steriel
LARYVOX
I. VOORWOORD
Deze handleiding geldt voor de LARYVOX
dient ter informatie van de arts en medisch personeel, om een correct ge-
bruik te garanderen.
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u het product
voor de eerste keer gebruikt!
II. BEOOGD GEBRUIK
De LARYVOX
INSERTER wordt gebruikt voor de anterograde plaatsing/
®
de vervanging van een shuntventiel.
Een shuntventiel mag niet permanent in het shuntkanaal/het fistel geplaatst
blijven, maar dient regelmatig te worden vervangen, afhankelijk van het
functioneren van het shuntventiel.
Lekkage van vloeistof of voedselresten van de oesofagus naar de trachea
tijdens het slikken indiceert een lekkage en moet door een professionele
zorgverlener onderzocht worden. Indien nodig moet het shuntventiel wor-
den vervangen.
Met de LARYVOX
®
aan het plaatsingsinstrument en met de bijbehorende inbrenghuls in het
bestaande shuntkanaal/fistel worden ingebracht.
III. WAARSCHUWINGEN
De LARYVOX
INSERTER is bedoeld voor éénmalig gebruik bij één
®
patiënt.
De LARYVOX
INSERTER niet reinigen of desinfecteren. Sterilisatie
®
en hergebruik kan het functioneren van het hulpmiddel beinvloeden
en is derhalve niet toegestaan.
De LARYVOX
INSERTER is uitsluitend ontworpen voor de anterogra-
®
de plaatsing van shuntventielen.
Raadpleeg ook de instructies/waarschuwingen in de handleiding van
het te plaatsen shuntventiel.
Het shuntventiel dient met zorg en op de juiste positie in het shuntka-
naal/fistel geplaatst worden.
Gebruik geen beschadigde LARYVOX
shuntventiel.
IV. COMPLICATIES
Onjuist gebruik van de LARYVOX
schade aan het shuntventiel.
Bij het plaatsen van het shuntventiel kunnen irritatie, hoesten en lich-
te bloedingen optreden.
Als het shuntventiel losraakt uit het shuntkanaal/het fistel, bestaat het
risico van aspiratie. In geval van aspiratie kan door krachtig hoesten
het shuntventiel weer worden opgehoest. Als dit niet lukt, moet het
shuntventiel direct via medische weg verwijderd worden.
Overige complicaties:
•
Algeheel gevoel van onbehagen door aanraking en stimulatie van
het fistel.
•
Dilatatie van het fistel.
•
Ontstekingsreacties en vorming van granulatieweefsel in het fis-
telgebied.
•
Slikproblemen en -stoornissen.
•
Candidagroei
•
Doorslikken van het shuntventiel.
INSERTER
®
INSERTER kan een shuntventiel worden vastgezet
INSERTER kan leiden tot materiaal-
®
17
INSERTER. De handleiding
®
INSERTER of een beschadigd
®
NL