E E e e n n t t e e m m p p e e r r a a t t u u u u r r s s o o n n d d e e s s e e l l e e c c t t e e r r e e n n e e n n a a a a n n s s l l u u i i t t e e n n
W W A A A A R R S S C C H H U U W W I I N N G G - - Gebruik altijd accessoires van Stryker. Er mag uitsluitend apparatuur conform IEC 60601-1 op de
patiënttemperatuurpoorten worden aangesloten. Door nalatigheid in de naleving van deze instructies kunnen alle garanties
komen te vervallen en kan er een ongunstig effect op de EMC-prestaties van het product optreden. Dit beschermt het
product eveneens tegen hartdefibrillatie.
L L E E T T O O P P
• Gebruik geen hoogfrequente chirurgische instrumenten of endocardiale katheters terwijl het A A l l t t r r i i x x -systeem in gebruik is.
Deze maatregel voorkomt gevaar voor elektrische schok, brandwonden of elektromagnetische storingen.
Gebruik alleen temperatuursondes van Stryker. Zie Patiënttemperatuurprobes (pagina 49).
Sluit de temperatuursonde als volgt aan:
1. Inspecteer de temperatuursonde en de herbruikbare adapterkabel op slijtage, breuken of rafels. Zo nodig vervangen.
2. Breng de rode stip op de h h e e r r b b r r u u i i k k b b a a r r e e a a d d a a p p t t e e r r k k a a b b e e l l (B) naar de regeleenheid (A) in lijn met de rode stip op
patiëntprobepoort A of B.
3. Sluit de stekker (C) aan op de patiënttemperatuursonde.
4. Breng de temperatuursonde aan bij de patiënt. Volg het protocol van uw ziekenhuis en de instructies van de fabrikant
voor het gebruik van de geselecteerde temperatuursonde.
5. Tik op Bevestigen, indien van toepassing.
O O p p m m e e r r k k i i n n g g - - De temperatuuraflezingen kunnen variëren afhankelijk van de plaats waar de temperatuur wordt gemeten.
8001-109-005 Rev C.2
A
A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 6 6 – – W W i i e e l l v v e e r r g g r r e e n n d d e e l l i i n n g g e e n n
C
A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 7 7 – – G G e e s s e e l l e e c c t t e e e e r r d d e e p p o o o o r r t t
A
B
23
NL