De Beweging Programmeren; Test Van De Veiligheidsomkering - LiftMaster LM3800W Manual Del Usuario

20

De beweging programmeren

Een verkeerde afstelling van de beweging van de garagepoort verstoort de juiste werking van de veiligheidsomkering. Na
IEDERE aanpassing MOET het omkeersysteem worden getest. De poort MOET omkeren bij contact met een object van 40
mm op de grond. Om schade aan voertuigen te vermijden, moet u ervoor zorgen dat de volledig geopende poort voldoende
vrije ruimte geeft.
Bewegingslimieten regelen de punten waarop de poort zal stoppen bij het omhoog of omlaag bewegen. Koppel de garage-
poortopener af. Tijdens het programmeren kunnen de knoppen OMHOOG en OMLAAG worden gebruikt om de poort in de gewenste richting te
bewegen.
1. Druk op de afstelknop (A) en houd deze ingedrukt tot de knop OMHOOG (U) begint te knipperen en/of een pieptoon te horen is.
2. Druk op de knop OMHOOG (U) en houd deze ingedrukt tot de poort zich in de gewenste positie OMHOOG bevindt.
3. Zodra de poort zich in de gewenste OMHOOG positie bevindt, moet u de afstelknop (A) indrukken en loslaten. De lichten van de garagepoorto-
pener knipperen twee keer en de knop OMLAAG (D) begint te knipperen.
4. Druk op de knop OMLAAG (D) en houd deze ingedrukt tot de poort zich in de gewenste positie OMLAAG bevindt.
5. Zodra de poort zich in de gewenste OMLAAG positie bevindt, moet u de afstelknop (A) indrukken en loslaten. De lichten van de garagepoorto-
pener knipperen twee keer en de knop OMHOOG (U) begint te knipperen.
6. Druk de OMHOOG knop (U) in en laat hem los. Wanneer de poort naar de geprogrammeerde OMHOOG positie beweegt, begint de OMLAAG
knop (D) te knipperen.
7. Druk de OMLAAG knop (D) in en laat hem los. De poort beweegt naar de geprogrammeerde OMLAAG positie. Het programmeren is voltooid.
Als de lichten van de garagepoortopener tijdens het programmeren van de beweging 5 keer knipperen, is de tijdslimiet voor het programmeren over-
schreden. Als de kabelspanningsmeter niet is geïnstalleerd of teveel speling op de kabel detecteert, zal het licht van de garagepoortopener 5 keer
knipperen. Zorg ervoor dat de kabelspanningsmeter correct is geïnstalleerd en volg dan de stappen voor het programmeren van de beweging. Als de
lichten van de garagepoortopener tijdens het programmeren van de beweging 10 keer knipperen, zijn de infrarode fotocellen verkeerd uitgelijnd of
belemmerd. Wanneer de sensoren uitgelijnd en onbelemmerd zijn, doorloopt u een volledige op- en neercyclus met behulp van de afstandsbedien-
ing of de OMHOOG en OMLAAG knoppen. Het programmeren is voltooid. Als u de poort niet op en neer kunt bewegen, herhaalt u de stappen voor
het programmeren van de beweging.
21

Test van de veiligheidsomkering

Zonder een correct geïnstalleerde veiligheidsomkering kunnen personen (in het bijzonder kleine kinderen) ERNSTIG GE-
WOND raken of OVERLIJDEN door een sluitende garagepoort. De veiligheidsomkering MOET iedere maand worden getest.
Na IEDERE aanpassing MOET het omkeersysteem worden getest. De poort MOET omkeren bij contact met een object van 40
mm op de grond.
TEST
1. Als de poort volledig open is, plaatst u een plaat van 40 mm op de grond onder de garagepoort.
2. Druk op de afstandsbedieningsknop om de poort te sluiten. De poort MOET omkeren wanneer ze contact maakt met de plaat.
AANPASSEN
Als de poort stopt, maar niet omkeert:
1. Bekijk de verstrekte installatie-instructies opnieuw om te controleren of alle stappen zijn gevolgd.
2. Herhaal het programmeren van de beweging (zie Aanpassing stap 1 "Punt 20").
3. Herhaal de test van de veiligheidsomkering.
Als de test blijft mislukken, moet u een opgeleide poortspecialist bellen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSCONTROLE:
Test de veiligheidsomkering na:
• iedere aanpassing van limieten.
• iedere herstelling of aanpassing van de poort (met inbegrip van veren en hardware).
• iedere herstelling van of knik in de poort.
• iedere herstelling of aanpassing van de garagepoortopener.
9 / nl