G
Om te voldoen aan de voorgeschreven EMV-
voorschriften beschikt dit model over een EMV-
schakeling, die de volgende uitwerking met zich
mee brengt:
1. Met betrekking tot de impulsbreedte van de
motor-aansturing is het aan te bevelen de
seriematige ingestelde waarde (Selectrix = 4 /
DCC = 3) niet te veranderen.
2. Hetzelfde geldt ook voor de waarde van de
regelvariant (Selectrix = 1 / DCC = 0).
3. Vanwege de techniek van de EMV-schakeling
kan bij stilstaande trein en bij ingeschakelde
verlichting een lichte fluittoon hoorbaar zijn.
G
Het gebruik bij bedrijfssystemen met impulsbreedte-
sturing in analoogbedrijf is niet mogelijk.
G
Het gebruik van optrek- en afremvertragings-
systemen in analoog- bedrijf kan tot functiebe-
perkingen of bedrijfsproblemen leiden.
G
Het overgaan van een analoog- naar een digitaal
bestuurde sectie of omgekeerd is alleen mogelijk,
als de trein in een overgangssectie stopt en dan in
deze overgangssectie van het ene naar het andere
besturingssysteem omgeschakeld wordt.
G
Aanbevolen maximum stijging: 3 % op een recht
traject. Bij het gebruik van 5 of meer tussenrijtuigen
mag deze waarde in geen geval overschreden
worden.
25