kunnen worden geregistreerd. Als het vertoonde pictogram een zonnetje of regenwolkje is en
het weer wordt beter (zonnetje) respectievelijk slechter (regenwolkje), dan zal het pictogram niet
veranderen aangezien ze reeds in de uiterste positie staan.
De vertoonde pictogrammen voorspellen het weer in de zin van verbeteren of verslechteren, en
staan niet noodzakelijkerwijs voor zonnig of regenachtig weer. Als bijv. het huidige weer bewolkt
is en het regensymbooltje wordt weergegeven, dan houdt dit niet in dat het toestel fout
functioneert; het betekent dat de luchtdruk gedaald is en dat het weer verwacht wordt te
verslechteren; het hoeft niet te gaan regenen.
De wijziging van het pictogram van het weerbericht is naargelang de verhouding tussen de
huidige relatieve luchtdruk en de luchtdruk van de afgelopen drie dagen.
Als het weer verandert worden zowel oude en nieuwe pictogrammen met prognosepijltjes
(bewegende pijltjes) weergegeven. Als het weer 6 uur niet veranderd is worden enkel de nieuwe
pictogrammen op het middelste schermdeel weergegeven.
Voorbeelden van veranderende weerplaatjes:
Let op:
Na het opstarten van het intelligente weerstation dienen de weersvoorspellingen van de
volgende 12-24 uur te worden geannuleerd. Hierdoor krijgt het weerstation voldoende tijd om op
een constante hoogte luchtdrukmetingen te doen en zullen de uitslagen accurater zijn.
Als het intelligente weerstation naar een locatie verhuisd die aanzienlijk hoger of lager dan de
vorige positie is (b.v. van de begane grond naar de 1
relatieve luchtdrukwaarde opnieuw in en annuleer de weersvoorspellingen van de eerstvolgende
12-24 uur. Hierdoor zal het weerstation de nieuwe locatie niet verkeerd interpreteren als een
wijziging in luchtdruk, terwijl het in feite gaat om een verandering van hoogte.
PROGNOSEPIJLTJES VAN DE LUCHTDRUK
De prognosepijltjes van de luchtdruk bevinden zich links op het luchtdrukscherm onder de
weerplaatjes. Ze werken onafhankelijk van de pictogrammen van de weersvoorspelling. De
prognosepijltjes van de luchtdruk wijzen omhoog of omlaag naargelang de verschillen die
gemeten werden in de luchtdruk in een periode van een heel uur.
Let op:
•
Een prognosepijltje van de luchtdruk zal omhoog of omlaag wijzen als het gemeten
luchtdrukverschil binnen 4 uur tussen 1 en 3hPa ligt.
•
Er worden twee naar boven of beneden wijzende prognosepijltjes weergegeven als de
luchtdruk binnen 4uur gestegen of gedaald is met 3hPa of meer.
LUCHTDRUK
Secties 5 en 6 van het scherm geven de relatieve luchtdruk en het verloop ervan weer.
Luchtdruk van de afgelopen 12 uur
De referentiewaarde van de relatieve luchtdruk (hPa) kan worden ingesteld tussen 960 en
1040hPa. Zie "Regelstand relatieve luchtdruk" bij handbediende regelstanden.
STAAFDIAGRAM
Afhankelijk van de instellingen wordt het luchtdrukverloop weergegeven in de vorm van een
ste
verdieping van een huis), stel dan de
Verandering in
luchtdruk in hPa
85