NEDERLANDS
Fig. 16
1. Kijk op het etiket.
2. Sorteer kleren volgens kleur en soort stof.
3. Verwijder alle voorwerpen uit de zakken.
4. Knoop lange textielbanden en riemen, en maak ritsen en knopen vast of dicht.
5. Doe klein textiel in een waszak.
6. Keer kledingstukken met lange haren of die erg gevoelig zijn om.
Waarschuwing
Was geen voorwerpen die zijn gereinigd, doordrenkt of bevochtigd met brandbare of
-
explosieve stoffen zoals was, olie, verf, benzine, alcohol, paraffine en andere brandbare
materialen.
Door te weinig artikelen te wassen kan gemakkelijk een grote excentriciteit ontstaan en
-
een onbalansalarm worden veroorzaakt. Daarom is het aan te bevelen meer wasgoed toe
te voegen, zodat het centrifugeren soepel verloopt.
Wasmiddellade
Fig. 17
1. Wasmiddel compartiment voor de voorwas
2. Wasverzachtervakje
3. Wasmiddel compartiment voor de hoofdwas
Waarschuwing
Overschrijd de "MAX"-markering niet bij het gieten van detergenten, andere additieven of
ontharders.
Programma
Katoen (Cotton)
Synthetisch
(Synthetics)
Mix
Jeans
Sportswear
Trommel reiniging
(AutoClean)
20 ºC
180
Wasmiddel voor de
voorwas
Optioneel
Optioneel
Optioneel
Optioneel
Optioneel
-
-
Hoofdwasmiddel
Noodzakelijk
Noodzakelijk
Noodzakelijk
Noodzakelijk
Noodzakelijk
-
Noodzakelijk
Wasverzachter
Optioneel
Optioneel
Optioneel
Optioneel
Optioneel
-
Optioneel