Veelgestelde vragen:
3. Het toestel kan niet worden ingeschakeld:
Sluit een alternatieve voeding aan (200-230V netvoeding,
stroomkabel voor accu van voertuig) Als het toestel wordt
ingeschakeld is het mogelijk dat de batterij van het toestel leeg is.
4. Het resultaat van de OK-functie is niet succesvol:
Zorg dat er geen fouten in de ECU zijn. Als er fouten zijn, los het
probleem op en verwijder deze.
Zorg dat de ECU niet in stand-by is. Want hoewel de parameters
juist zijn weergegeven, toch worden de activeringen of de
instellingen niet met succes afgesloten.
Stop de communicatie met het voertuig, schakel het
instrumentenpaneel uit en vervolgens weer in en voer vervolgens
de vereiste handeling binnen circa 1 minuut uit.
5. De parameterwaarden of -statussen zijn niet juist:
Zorg dat u de juiste ECU hebt geselecteerd.