• Magnetische velden kunnen de werking van de Stimulator storen. Dat kan het stimulatieniveau
beïnvloeden en ongemak veroorzaken. Vermijd de beveiligingspoortjes bij de uitgangen van winkels
en bibliotheken. Vermijd de beveiligingspoortjes op luchthavens. Stel beveiligingspersoneel op de
hoogte van uw apparaten. Men zal u dan helpen. Blijf uit de buurt van de controleapparatuur.
• Vermijd plaatsen waar wordt aangegeven dat ze door patiënten met een pacemaker moeten worden
vermeden. Vraag uw arts om nadere informatie.
• Aggregaten, booglasapparatuur en luidsprekers met grote magneten kunnen storing veroorzaken.
Blijf uit de buurt van zulke apparaten.
• Let op waar u uw lader neerzet. Huisdieren, kinderen en ook uzelf kunnen verstrikt raken in het
snoer en hierdoor vallen of stikken.
• Stel uw arts op de hoogte als het contact met het Stimulatorsysteem bij u huiduitslag veroorzaakt.
Roep onmiddellijk medische noodhulpverlening in als uw keel of tong begint op te zwellen.
Voorzorgsmaatregelen – Voor uw Programmer en Stimulator
Volg de onderstaande voorzorgsmaatregelen voor een goede werking van de Programmer en de
Stimulator.
•
Laat de Programmer en de Stimulator niet vallen en ga er niet ruw mee om. Als de apparaten
beschadigd zijn, zullen ze misschien niet goed werken.
• De Programmer en de TNS mogen niet worden gewassen. Als de apparaten nat worden, zullen ze
misschien niet goed werken. Veeg de apparaten voorzichtig af met een vochtig doekje wanneer dat
nodig is.
• Gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen op de Programmer of de TNS.
• Vermijd contact met lichaamsvloeistoffen voor de TNS en de Programmer. Verontreiniging kan de
apparaten beschadigen.
• Niet douchen of baden met het TNS-apparaat. U kunt een sponsbad nemen. Zorg ervoor dat de
TNS niet nat wordt.
• Gebruik de Programmer niet met apparatuur of accessoires die niet met het apparaat zijn
meegeleverd.
• Zet de Programmer niet neer in de buurt van kaarten met een magneetstrip. De Programmer bevat
een magneet die uw kaarten kan demagnetiseren. Houd de Programmer uit de buurt van de vaste
schijven van computers en magnetische geheugenapparatuur.
• Gebruik de Programmer en de Stimulator niet bij temperaturen van minder dan 5°C of meer dan
40°C. Snelle temperatuurveranderingen kunnen de werking van het apparaat storen.
• Bewaar de Programmer niet bij temperaturen van minder dan –10°C of meer dan 50°C.
• Laat de Programmer niet achter in een auto of op andere plaatsen waar de temperatuur tot 50°C
kan stijgen.
• Hoewel dit onwaarschijnlijk is, zal het Stimulatiesysteem soms niet werken als er een onderdeel
defect geraakt. Schakel de stimulatie uit als een onderdeel van uw Stimulatiesysteem niet
meer werkt of als de werking ervan wijzigt. Neem contact op met uw dokter tijdens normale
praktijkuren.
• Breng de Programmer en de TNS aan het einde van de proefperiode of wanneer u deze niet meer
nodig hebt terug naar de arts. De Programmer en de TNS mogen niet weggegooid of verbrand
worden. Door brand kunnen de inwendige batterijen ontploffen.
• Probeer niet om de Programmer en de TNS zelf af te voeren.
4