Descargar Imprimir esta página

Selco WF 109 Instrucciones De Uso página 144

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 91
3.8 Set up
Zorgt voor het instellen en regelen van een serie extra parame-
ters voor een betere en meer nauwkeurige controle van het las-
systeem. De instelling van de parameters is afhankelijk van het
geselecteerde lasproces en hebben een numerieke codering.
Beginnen met de set up: door de codeerknop 2 seconde in te
drukken ( de nul in het midden van de 7 segmenten display
bevestigt de toegang).
Selectie en instelling van de gewenste parameters: door de
codeerknop te draaien totdat de numerieke code voor de para-
meter weergegeven wordt. Als de codeerknop op dat moment
wordt ingedrukt wordt de ingestelde waarde voor deze parame-
ter weergegeven en ingesteld.
Set up verlaten: om het gedeelte 'regeling' te verlaten de
codeerknop opnieuw indrukken.
Om de set up te verlaten: ga naar parameter "O" (opslaan en
afsluiten) en druk op de codeerknop.
Lijst parameters in de set up (MMA)
0
Opslaan en afsluiten
Om de wijzigingen op te slaan en de parameter te ver-
laten.
1
Reset
Om alle parameter weer op de fabrieksinstelling terug
te brengen.
2
Lasstroom
Voor het afstellen van de lasstroom.
Uitgedrukt in Ampères (A)
Minimaal 6A , maximaal Imax, fabrieksinstelling 100A
3
Hot start
Voor het regelen van de waarde van de hot start in
MMA. Voor een min of meer warme start in de fases
van de ontsteking van de boog wat de startprocedure
makkelijker maakt.
Uitgedrukt in percentage (%) van de lasstroom.
Minimaal uit, maximaal 500%, fabrieksinstelling 80%
4
Arc force
Voor het regelen van de waarde van de Arc force in
MMA. Voor een min of meer krachtige dynamische
reactie tijdens het lassen waardoor het werken voor de
lasser gemakkelijker wordt.
Uitgedrukt in percentage (%) van de lasstroom.
Minimaal uit, maximaal 500%, fabrieksinstelling 30%
40
Stroom aflezen
Toont de werkelijke waarde van de lasstroom.
Maakt het mogelijk dat de methode om de lasstroom
te tonen wordt aan gezet (raadpleeg het gedeelte
Interface personificatie).
41
Voltage aflezen
Toont de werkelijke waarde van het las voltage.
Maakt het mogelijk dat de methode om het voltage te
tonen wordt aan gezet (raadpleeg het gedeelte Interface
personificatie).
44
Stapsgewijze regeling
Maakt het stapsgewijze regelen van de parameter met
de persoonlijke instellingen van de lasser mogelijk.
Minimaal 1, maximaal Imax, fabrieksinstelling 1
144
45
Externe parameter 1
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(minimale waarde, maximale waarde, waarde ingesteld
door de fabriek, geselecteerde parameter).
(raadpleeg het gedeelte Externe controle reguleren).
46
Externe parameter 2
Maakt het mogelijk externe parameter 2 te
reguleren(minimale waarde, maximale waarde, waarde
ingesteld door de fabriek , geselecteerde parameter).
(raadpleeg het gedeelte Externe controle reguleren).
47
Blokkeer/deblokkeer
Maakt het mogelijk de controle knoppen op het paneel
te blokkeren en een bescherm code in te voeren ( raad-
pleeg het gedeelte Blokkeer / deblokkeer).
48
Stapsgewijze aanpassing
Maakt aanpassing mogelijk van de verschillende stap-
pen van de up-down toetsen.
Minimaal uit, maximaal 10, fabrieksinstelling 5
49
Contrast
Voor het regelen van het contrast van de display.
Minimaal 0, maximaal 50, fabrieksinstelling 25
99
Reset
Maakt het mogelijk alle parameters te opnieuw in te
stellen naar de fabriekswaarden.
Maakt het mogelijk de gehele grafische interface op
nieuw in te stellen volgens de opgegeven waarden van
de fabrikant.
Lijst parameter set up (MIG/MAG)
0
Opslaan en afsluiten
Om de wijzigingen op te slaan en de parameter te ver-
laten.
1
Reset
Om alle parameter weer op de fabrieksinstelling terug
te brengen.
2
Synergie
Zorgt voor de keuze van het handmatig MIG (
of synergisch MIG proces (
van het soort materiaal dat gelast moet worden.
(Raadpleeg het gedeelte synergische lijnen scherm).
3
Draadsnelheid
Maakt de regeling mogelijk van de snelheid van de
draadtoevoer.
Minimaal 1 m/min., maximaal 22 m/min., fabrieksin-
stelling 1.0m/min
4
Stroom
Maakt het mogelijk de lasstroom te regelen.
Minimaal 6A, maximaal Imax
5
Dikte van het onderdeel
Maakt het mogelijk dat de dikte van het deel dat wordt
gelast ingesteld wordt. Maakt de instelling mogelijk van
het systeem doormiddel van het reguleren van het te
lassen deel.
6
Voltage
Maakt de regeling mogelijk van de lasboog.
Maakt de regeling mogelijk van de lengte van de boog
tijdens het lassen.
Hoog voltage = lange boog
Laag voltage = korte boog
Minimum 5V, maximum 55.5V
Minimum -9.9V, maximum +9.9V, fabrieksinstelling syn
7
Minimale stroom
Maakt het mogelijk de stroom vast te houden van de
aangeslagen boog.
Maakt het mogelijk een min of meer 'zachte' boog te
krijgen.
Lage minimale stroom = ' felle' en ' terugwerkende' boog.
Hoge minimale stroom = 'lichte' en 'zachte' boog.
)
) door het instellen

Publicidad

loading