Maakt de toegang mogelijk tot hogere instelling
niveaus:
USER:
gebruiker
SERV:
service
SELCO:
Selco
551
Blokkeer/deblokkeer
Maakt het mogelijk de controle knoppen op het paneel
te blokkeren en een bescherm code in te voeren ( raad-
pleeg het gedeelte Blokkeer / deblokkeer).
601
Stapsgewijze regeling
Maakt het stapsgewijze regelen van de parameter met
de persoonlijke instellingen van de lasser mogelijk.
Minimaal 1, maximaal Imax, fabrieksinstelling 1
602
Externe parameter CH1
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(minimale waarde).
603
Externe parameter CH1
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(maximale waarde).
604
Externe parameter CH2
Maakt het mogelijk externe parameter 2 te reguleren
(maximale waarde).
605
Externe parameter CH2
Maakt het mogelijk externe parameter 2 te reguleren
(maximale waarde).
705
Afstelling weerstand circuit
Voor het kalibreren van het circuit.
Druk op de encoder om parameter 705 te openen.
Breng draadpunt en lasstuk elektrisch met elkaar in
contact.
Druk minstens 1 s op de toortsknop.
707
Afstelling motor
Raadpleeg de paragraaf "Afstelling motor".
751
Stroom aflezen
Toont de werkelijke waarde van de lasstroom.
Maakt het mogelijk dat de methode om de lasstroom te
tonen wordt aan gezet.
752
Voltage aflezen
Toont de werkelijke waarde van het las voltage.
Maakt het mogelijk dat de methode om het voltage te
tonen wordt aan gezet.
757
Draadsnelheid aflezen
Encoder motor 1 inlezen.
760
Motorstroom aflezen
Toont de werkelijke waarde van de motorstroom.
852
TIG DC LIFT START mogelijkheid
On= Geactiveerd, Uit=Gedeactiveerd
3.3.4 Lijst parameter set up (MIG/MAG)
(Genesis...Exclusive)
0
Opslaan en afsluiten
Om de wijzigingen op te slaan en de parameter te verlaten.
1
Reset
Om alle parameter weer op de fabrieksinstelling terug
te brengen.
2
Synergie
Zorgt voor de keuze van het handmatig MIG/MAG proces.
Hiermee kan een vooraf ingesteld lasprogramma (syner-
gie) geselecteerd worden via onderstaande informatie:
- soort draad
- soort gas
- diameter draad
174
3
Draadsnelheid
Maakt de regeling mogelijk van de snelheid van de
draadtoevoer.
Minimaal 0.5 m/min., maximaal 22 m/min., fabrieksin-
stelling 1.0m/min
4
Stroom
Maakt het mogelijk de lasstroom te regelen.
Minimaal 6A, maximaal Imax
5
Dikte van het onderdeel
Maakt het mogelijk dat de dikte van het deel dat wordt
gelast ingesteld wordt. Maakt de instelling mogelijk van
het systeem doormiddel van het reguleren van het te
lassen deel.
6
Hoeklasnaad
Hiermee wordt de diepte ingesteld van de lasnaad bij
een hoekaansluiting.
7
Voltage
Maakt de regeling mogelijk van de lasboog.
Maakt de regeling mogelijk van de lengte van de boog
tijdens het lassen.
MIG/MAG manueel:
Hoog voltage = lange boog
Laag voltage = korte boog
Minimum 5V, maximum 55.5V
MIG/MAG synergisch:
Minimum -5.0, maximum +5.0, fabrieksinstelling syn
10
Voor gas
Om de gasstroom vóór de ontsteking van de boog in te
stellen en te regelen.
Om de toorts met gas te vullen en de werkplek gereed
te maken voor het lassen.
Minimaal uit, maximaal 25 sec., fabrieksinstelling 0.1 sec.
11
Soft start
Om de draadsnelheid in te stellen en te regelen vóór u
de boog ontsteekt.
Uitgedrukt in %van de ingestelde draadsnelheid.
Voor een ontsteking met lagere snelheid en dus soepe-
ler en m et minder spetters.
Minimaal 10%, maximaal 100%, fabrieksinstelling 50%
12
Motor opbouw
Voor een geleidelijke overgang van de draadsnelheid bij
ontsteken en lassen.
Minimaal uit, maximaal 1.0 sec., fabrieksinstelling uit
15
Terug branden
Voor de regeling van de tijd dat de draad brandt waar-
door vastplakken aan het einde van het lassen wordt
voorkomen.
Voor de regeling van de lengte van het stuk draad bui-
ten de toorts.
Minimaal -2.00, maximaal +2.00, fabrieksinstelling syn
16
Na gas
Voor het instellen en regelen van de gastoevoer na het
lassen.
Minimaal uit, maximaal 10 sec., fabrieksinstelling 2 sec.
24
Bilevel (4 fasen - Krater vullen)
Voor het regelen van de secondaire draadsnelheid bij
het lassen in bilevel.
Als de lasser de knop snel indrukt en weer loslaat wordt
er overgegaan op "
ken en weer los te laten wordt er weer overgegaan op
"
" enzovoorts.
Instelling van de parameters: Percentage (%).
Minimaal 1%, maximaal 500%, fabrieksinstelling uit
25
Aanvankelijke vermeerdering
Maakt het mogelijk de waarde van de draadtoevoer snel-
heid te regelen gedurende de eerste 'krater vulling' lasfase.
"; door de knop snel in te druk-