Oude olie niet in de riolering of in de grond terecht laten komen, maar
verwerken conform de plaatselijke voorschriften.
–
De maaier recht zetten en aan de opening merkolie (hoeveelheid en kwaliteit zie
technische gegevens) gieten. De peilstok inschroeven en het oliepeil controleren
(zie „Oliepeil controleren" en „Olie vullen", afbeelding Y1 )! Bij oliepeil zoals
voorgeschreven de oliepeilstok erin steken en vastdraaien.
Schoonmaken resp. vervangen van de luchtfilter (Afbeelding W )
BELANGRIJK
Nooit de motor met gedemonteerde luchtfilter starten of laten lopen.
47-VARIO, 47-VARIO E
–
De moeren (1) op het luchtfilterdeksel (2) losdraaien en de afdekking verwijderen.
–
Het voorfilter (3) en papierfilterelement (4) verwijderen.
–
Het papierfilterelement om de 50 bedrijfsuren reinigen.
Het filterelement bij lichte vervuiling voorzichtig uitkloppen op een glad oppervlak.
Bij sterke vervuiling of beschadiging vernieuwen. Papierfilter niet uitwassen, niet
uitblazen met perslucht en niet oliën.
–
De voorfilters om de 50 bedrijfsuren reinigen.
Voorfilters met een vloeibaar reinigingsmiddel wassen in warm water, grondig
uitspoelen in schoon water, overtollig water eruit drukken en grondig laten drogen
aan de lucht. Het voorfilter niet oliën.
–
Het droge voorfilter op het papierfilterelement schuiven en beide in de
luchtfilterplaat (5) plaatsen. Controleren of het luchtfilter stevig in de plaat zit.
–
De afdekking (2) op het luchtfilter plaatsen en met de moer (1) stevig aan de
luchtfilterplaat (5) bevestigen.
Bij ongunstige gebruiksomstandigheden (sterke stofontwikkeling) moet elke keer na het
maaien worden gereinigd. Papierfilterelement en voorfilter jaarlijks of om de 200
bedrijfsuren vervangen.
(Bestelnr. filterelement en voorfilter zie originele reserveonderdelen en accessoires)
47-ECONOMY, 47-A ECONOMY
–
De afdekking (1) openen, naar beneden kantelen en verwijderen.
–
Het filterelement (2) voorzichtig eruit nemen en bij lichte vervuiling licht uitkloppen
op een glad oppervlak. Bij sterke vervuiling of beschadiging vernieuwen.
–
Het element nooit oliën of schoonblazen met perslucht. Sterk vervuilde of
beschadigde filterelementen moeten worden vervangen.
–
Na het reinigen resp. de vervanging het filterelement in de luchtfilterplaat zetten.
–
De haak (3) aan de afdekking (1) in de adapter (4) onder in de luchtfilterplaat
steken.
–
De afdekking naar boven kantelen en zorgvuldig sluiten.
Bij ongunstige inzetvoorwaarden (sterke stofontwikkeling) is de reiniging vereist elke
keer als er gemaaid werd, anders na telkens 25 bedrijfsuren of eenmaal per jaar.
(Bestelnr. filterelement zie originele reserveonderdelen en accessoires)
Controle van de bougie (Afbeelding Y )
47-VARIO, 47-VARIO E
Om de slijtage van de bougie te controleren, bougiestekker aftrekken en de bougie
losschroeven. Als de elektrode sterk versleten is, dan dient de bougie te worden
vervangen (bestelnummer: zie originele reserveonderdelen en accessoires).
De bougie kan eventueel ook met een staalborstel worden gereinigd. Vervolgens dient
de elektrodeafstand te worden afgesteld op 0,5 mm. De bougie (op omkeerring letten)
met de hand in de motor vastschroeven en met een dopsleutel handvast monteren.
Bougiestekker erop drukken. De bougie elk jaar vervangen.
47-ECONOMY, 47-A ECONOMY
Om de slijtage van de bougie te controleren, bougiestekker aftrekken en de bougie
losschroeven. Als de elektrode sterk versleten is, dan dient de bougie te worden
vervangen (bestelnummer: zie originele reserveonderdelen en accessoires).
De bougie kan eventueel ook met een staalborstel worden gereinigd. Vervolgens dient
de elektrodeafstand te worden afgesteld op 0,7-0,8 mm. De bougie (op omkeerring
letten) met de hand in de motor vastschroeven en met een dopsleutel handvast
monteren. Bougiestekker erop drukken. De bougie elk jaar vervangen.
Alle modellen
Overwinteren van de motor volgens voorschrift (of bij langdurige
stilstand)
–
Benzinetank leegmaken en motor zo lang laten draaien tot deze door gebrek aan
brandstof automatisch afslaat.
–
Schakel de motor uit en trek de bougiestekker af.
–
De olie aftappen zolang de motor nog warm is. Met verse olie (hoeveelheid en
kwaliteit zie technische gegevens) bijvullen.
–
Gras- en maaibezinksel van cilinder en koelribben, onder de motorkap en rondom
de uitlaat verwijderen.
–
De maaier moet altijd in schone toestand in een droge, gesloten ruimte buiten
bereik van kinderen worden bewaard.
19 OORZAKEN VAN STORINGEN EN HET VERHELPEN
DAARVAN
Storingen
Mogelijke oorzaken
Schakelbeugel niet
Motor springt niet aan
omgeklapt.
Brandstoftank leeg.
Bougiestekker los.
Bougie defect resp.
vervuild of elektroden
afgebrand.
Motor krijgt te veel
benzine (bougie nat).
Luchtfilter vervuild.
Accu niet opgeladen
(alleen bij elektrostart).
Startproces langer dan 5
seconden resp. werd te
vaak herhaald
(alleen bij elektrostart).
De verbindingskabel
tussen contactsleutel,
accu en motor los resp.
zonder contact
(alleen bij elektrostart).
Luchtfilter vervuild.
Motorvermogen neemt
af
Bougie onder het roet.
Brandstof verouderd of
vervuild
Luchtfilter vuil.
Motor draait
onregelmatig
Bougie verkoold.
Aandrijfschakelbeugel
Maaier rijdt niet door
niet uitgetrokken.
(alleen bij
bijschakelbare
rijaandrijving)
Rijsnelheid kan niet
worden geregeld
(alleen bij VARIO-
aandrijving)
13
Oplossing
Schakelbeugel op het
bovenstuk van de duwboom
indrukken D .
Schone en verse brandstof
bijtanken.
Bougie erop drukken of door
een geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.
Bougie vervangen resp.
reinigen, elektrodenafstand
instellen Y :
0,5 mm (bij model
47-VARIO, 47-VARIO E)
0,7 - 0,8 mm (bij model
47-ECONOMY, 47-A
ECONOMY).
Door een geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.
Luchtfilterelement reinigen
resp. vernieuwen W .
Accu laden W1 , X1 .
Als er tegen de verwachting
in startproblemen zouden
optreden, dan moet de accu
ook tussentijds worden
opgeladen.
Accustekker verbinden met
de contrastekker van de
kabelboom U1 resp.
controleren, anders door een
geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.
Luchtfilterelement reinigen
resp. vernieuwen W .
Door een geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.
Benzinetank leegmaken en
verse brandstof erin gieten.
Luchtfilter schoonmaken
resp. vervangen W .
Door een geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.
Aandrijfschakelbeugel
uittrekken G .
Door een geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.
Door een geautoriseerde
vakwerkplaats laten
controleren.