4.3 Transport met transportvoertuig
GEVAAR
Levensgevaarlijke beknellingen bij het transporteren van
componenten van de filterinstallatie!
Door onvakkundig hijsen en transporteren kunnen de componenten
van de filterinstallatie kantelen en eraf vallen!
●
Ga nooit onder zwevende lasten staan!
●
De componenten van de filterinstallatie moeten individueel
worden getransporteerd en daarbij aan het transportvoertuig
worden vastgebonden om het risico op omkantelen te vermijden.
Voor het transport van de componenten van de filterinstallatie zijn de onderstaande
transportvoertuigen toegestaan:
Pallets met wielen van het transportsysteem met transportvoertuig,
–
Vorkheftrucks en
–
− pallettrucks.
Richtlijn
Voorkom dat de componenten van de filterinstallatie in aanraking komen met het
hijsframe van het transportvoertuig:
●
Plaats daarvoor evt. afstandsbalken tussen ventilator-, filter- en
aanzuiggedeelte en het hijsframe.
●
Vermijde harde schokken bij het neerzetten van de componenten van de
filterinstallatie.
●
neem de max. werklast van het transportvoertuig in acht.
4.4 Opslag
De componenten van de filterinstallatie moeten in hun originele verpakking bij een
omgevingstemperatuur van 0°C tot +55°C op een droge en schone plek worden
opgeslagen. De componenten van de filterinstallatie mogen niet door andere
voorwerpen worden belast.
Art.nr.: 1502206
Technische wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving en fouten voorbehouden.
KEMPER CleanAirTower Handleiding - NL
- 158 -
Rev.:
1
Stand: 05/2014