Jeep JAT Manual De Uso página 217

Indicator bedrijfsstoring
Als er een storing in het elektrische en/of elektronische systeem van het product wordt
gedetecteerd, toont het display het bericht "Error Code" en de bijbehorende identificerende
foutcode. Raadpleeg de volgende overzichtstabel om de beschrijving van de storing en de
relevante actie te begrijpen die moet worden ondernomen om het product weer correct te laten
functioneren, hetzij door uzelf en/of door contact op te nemen met de dienst na verkoop voor
passende ondersteuning:
Foutcode
07
08
09
10
11
12
13
14 - 15
21
25 - 26
27
30
35 - 36 -37
41 - 43 - 44 - 47 - 48
42
45
46
81
www.jeepurbanemobility.com/en/support/
Beschrijving
Overspanningsbeveiliging
Fout Hall-sensorsignaal
Fasefout motor
Maximale temperatuurbeschermingswaarde
in de motor
Fout in de motortemperatuursensor
Fout temperatuursensor besturingseenheid
Fout in temperatuursensor van accu
Fout temperatuursensor besturingseenheid
Fout in snelheidssensor
Fout koppelsignaal
Overstroom besturingseenheid
Communicatieprobleem
Storing detectiesysteem
Accuspanning te hoog
Accuspanning te laag
Temperatuur accu te hoog
Temperatuur accu te laag
Storing Bluetooth®-module
Oplossing/Voorgestelde interventie
Verwijder de batterij en plaats deze terug. Als het
probleem aanhoudt, moet u de besturingseenheid
bijwerken. Als het probleem aanhoudt, moet de accu
worden vervangen.
Controleer of alle motorklemmen correct zijn
aangesloten. Vervang de motor als het probleem
aanhoudt.
Vervang de motor.
Schakel het systeem uit en laat het product afkoelen.
Vervang de motor als het probleem aanhoudt.
Vervang de motor.
Vervang de besturingseenheid.
Controleer of alle accupolen goed zijn aangesloten op
de motor. Vervang de accu als het probleem aanhoudt.
Schakel het systeem uit en laat het product afkoelen.
Vervang de besturingseenheid als het probleem
aanhoudt.
Schakel het systeem uit en controleer of de
snelheidssensor correct is aangesloten. Controleer
of de magneet (op de achterwielspaak) en de
snelheidssensor correct zijn uitgelijnd en 10 tot
20 mm uit elkaar staan (fig.A). Als het probleem
aanhoudt, moet u de besturingseenheid bijwerken of
vervangen.
Controleer of alle aansluitingen correct zijn
gemaakt. Als het probleem aanhoudt, moet u
de besturingseenheid bijwerken. Vervang de
koppelsensor als het probleem aanhoudt.
Voer de besturingseenheid-update uit. Vervang de
besturingseenheid als het probleem aanhoudt.
Controleer of alle aansluitingen correct zijn
gemaakt. Als het probleem aanhoudt, moet u
de besturingseenheid bijwerken. Vervang de
besturingseenheid als het probleem aanhoudt.
Voer de besturingseenheid-update uit. Vervang de
besturingseenheid als het probleem aanhoudt.
Vervang de accu.
Laad de accu op. Vervang de accu als het probleem
aanhoudt.
Schakel het systeem uit en laat het product afkoelen.
Vervang de accu als het probleem aanhoudt.
Verwijder de accu en laat deze een temperatuur van
meer dan 10°C bereiken. Vervang de batterij als het
probleem aanhoudt.
Werk het scherm bij. Vervang het scherm als het
probleem aanhoudt.
216