Omgevingsomstandigheden
Het hulpmiddel is waterdicht.
Een apparaat met de kwalificatie 'Waterproof ' mag in een natte of
vochtige omgeving worden gebruikt en maximaal 1 uur zijn
ondergedompeld in water tot 3 meter diep.
Het kan contact verdragen met: zout water, chloorwater, zweet, urine en
milde zeep.
Het verdraagt ook incidentele blootstelling aan zand, stof en vuil.
Voortdurende blootstelling is niet toegestaan.
Droog af met een doek na contact met schoon water of vocht.
Reinig met schoon water na blootstelling aan andere vloeistoffen,
chemicaliën, zand, stof of vuil, en droog af met een doek.
ONDERHOUD
Het hulpmiddel en de gehele prothese moeten worden onderzocht door
een medische-zorgverlener. Met welke frequentie dit moet gebeuren,
moet worden bepaald op basis van de activiteit van de patiënt.
Demonteren
1. Schroef de kap los met de kapsleutel.
2. Verwijder het rubberen membraan voorzichtig.
3. Reinig alle onderdelen met water en een mild schoonmaakmiddel.
4. Houd de ontgrendelknop ingedrukt tijdens het reinigen van de
luchtwegen.
Opnieuw monteren
1. Vervang het rubberen membraan naar de kap. Zorg ervoor dat de holle
kant gericht is op de holte van de kap (af b. 4).
2. Schroef de kap erop met de kapsleutel.
Let op: zorg er tijdens het opnieuw monteren voor dat het membraan
zich op de kap bevindt en niet in de behuizing.
ERNSTIG INCIDENT MELDEN
Elk ernstig incident met betrekking tot het hulpmiddel moet worden
gemeld aan de fabrikant en de relevante autoriteiten.
AFVOEREN
Het hulpmiddel en de verpakking moeten worden afgevoerd volgens de
betreffende plaatselijke of nationale milieuvoorschriften.
AANSPRAKELIJKHEID
Össur aanvaardt geen aansprakelijkheid voor het volgende:
• Hulpmiddel is niet onderhouden zoals aangegeven in de
gebruiksaanwijzing.
• Hulpmiddel is samengesteld uit componenten van andere fabrikanten.
• Hulpmiddel is niet gebruikt volgens de aanbevolen gebruiks-,
toepassings- of omgevingsomstandigheden.
36