Descargar Imprimir esta página

V2 NUUR4 Manual De Instrucciones página 281

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 136
5.6 - VEILIGHEIDSLINTEN
Deze kunnen geïnstalleerd worden in plaats van het rubberen
antistoot-profiel dat normaal gesproken geleverd wordt met de balk.
In geval van ingreep tijdens de sluiting worden de heropening en de
uitschakeling verkregen van de automatische sluiting.
De centrale is in staat zowel het klassieke lint met normaal gesproken
gesloten contact als het lint met rubberen geleiding met nominale
weerstand 8,2 kohm te beheren.
Verbind de kabels van de linten tussen de klemmen J8 en J9 van de
centrale.
m
LET OP: om te voldoen aan de vereisten van de norm
EN12978 moeten er veiligheidslinten geïnstalleerd met rubberen
geleiding; de veiligheidslinten met normaal gesproken gesloten
contact moeten uitgerust zijn met een centrale die er constant de
correcte werking van controleert. Als er centrales gebruikt worden
die de mogelijkheid hebben de test uit te voeren m.b.v. onderbreking
van de voeding, moet u de voedingskabels van de centrale verbinden
tussen de klemmen Z3 (+) en Z2 (-) van de KB24. In geval dit niet zo
is, dient u ze tussen de klemmen Z1 (+) en Z2 (-) te verbinden.
m
LET OP:
• Als er meerdere linten gebruikt worden met normaal gesproken
gesloten contact, moeten de uitgangen in opeenvolging
verbonden worden.
• Als er meerdere linten gebruikt worden met rubberen geleiding,
moeten de uitgangen trapsgewijs verbonden worden en moet
alleen de laatste beëindigd worden op de nominale weerstand
(8,2 KΩ).
• De actieve linten, die verbonden zijn aan de accessoirevoeding,
zijn niet actief wanneer de centrale in modaliteit ENERGY SAVING
treedt.
5.7 - BINNENVERLICHTING
De COURTESY LIGHT-uitgang bestaat uit een simpel N.A.-contact
en biedt geen enkele type voeding.
Dankzij de COURTESY LIGHT-uitgang biedt de centrale KB24
de verbinding van een gebruiker (bijvoorbeeld het lampje of de
tuinlampjes), die opgedragen wordt op automatische wijze en via de
activering vanaf kanaal 4 van de ontvanger MR.
De COURTESY LIGHT-uitgang bestaat uit een simpel N.A.-contact
en biedt geen enkele type voeding. Het maximale vermogen van het
contact bedraagt 230V - 5A.
De kabels aan de klemmen B1 en B2 verbinden.
5.8 - UITGANG LICHTEN OP LAGE SPANNING
De centrale KB24 beschikt over een uitgang met 24Vd die de
verbinding toelaat van een maximum lading van 12W.
Deze uitgang kan gebruikt worden voor de verbindding van een
controlelichtje, die de staat aangeeft van het hek of voor een
knipperlicht op lage spanning.
De kabels van het controlelichtje of van het knipperlicht onder lage
spanning verbinden aan de klemmen Z5 (+) en Z4 (-)
m
LET OP: respecteer de polariteit als de verbonden inrichting dit
vereist.
5.9 - ANTENNE
Er wordt aangeraden gebruik te maken van de externe antenne
model ANS433 ter garantie van een maximaal radiobereik.
Sluit de kern van de antenne aan op klemmetje A2 van de
stuurcentrale en de mantel op klemmetje A1.
5.10 - ELEKTROMAGNEET VOOR HOUVAST
De centrale KB24 is uitgerust met een uitgang om een
elektromagneet voor houvast te voeden. Via een gewijd menu is het
mogelijk om de uitgangspanning te regelen tot een maximum waarde
van 24Vdc.
De voeding van de elektromagneet wordt onderbroken aan het begin
van elke opening (met versnelling dat afstelbaar is vanaf het menu) en
hersteld aan het eind van de sluiting (met vertraging dat afstelbaar is
vanaf het menu).
Verbind de voeding van de elektromagneet voor houvast tussen de
klemmen Z5 (+) en Z6 (-)
AANTEKENING: De elektromagneet voor houvast is verbonden
aan de voeding van de accessoires. Daarom is het om deze
te gebruiken nodig de functie van energiebesparing te
deactiveren.
5.11 - MAGNETISCHE LUS OF
AANWEZIGHEIDSSENSOR
NOTA: se la funzione ENERGY SAVING è abilitata questa funzione
non è disponibile
L'ingresso ST.NC può essere utilizzato il collegamento di un
dispositivo di rilevamento presenza per veicoli (spira magnetica)
o persone (sensore di presenza) nell'area della barriera, tramite
l'apertura di un contatto normalmente chiuso.
Quando viene rilevata la presenza, la sbarra viene sollevata e non è
possibile abbassarla finché l'area non viene liberata.
Quando il sensore indica che l'area è nuovamente libera, inizia il
conteggio del tempo di chiusura automatica, se abilitato.
Lo stesso ingresso può essere usato per un sensore antincendio, in
questo caso la sbarra non si abbassa automaticamente quando il
contatto viene ripristinato.
Collegare i cavi ai morsetti J5 e J9.
NEDERLANDS - 279 -

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

Nuur6