Stap 2: Houd de AAN/UIT-toets ten minste één seconde ingedrukt om het ap-
paraat in te schakelen.
Stap 3: Druk op de Heat-toets om naar de instellingen voor de verwarmings-
functie te gaan.
/
Stap 4: Selecteer met de
en bevestig uw selectie met de ENTER-toets.
Stap 5: De eerste stand van de verwarmingsfunctie is ingesteld, het
-symbool begint te branden. Wacht daarna een moment tot de temperatuur
niet meer stijgt. Als u de temperatuur te laag vindt, kunt u de tweede stand
van de verwarmingsfunctie activeren door nog een keer op de Heat-toets te
drukken. Het symbool
verschijnt. Door nogmaals op de Heat-toets te
drukken, gaat het apparaat weer terug naar de lagere warmtestand (
Voor het gebruik van de verwarmingsfunctie moeten altijd beide elek-
troden van het gebruikte kanaal worden aangebracht. De gebruikte
kanalen worden op het display weergegeven.
10. PROGRAMMAOVERZICHT
Het digitale EMS/TENS-apparaat heeft in totaal 70 programma's:
• 15 TENS-programma's
• 35 EMS-programma's
• 20 MASSAGE-programma's
U kunt bij elk programma de impulsintensiteit van de vier kanalen apart in-
stellen.
Ook kunt u bij de TENS-programma's 13-15 en de EMS-programma's 33-35
verschillende parameters instellen om de stimulerende werking aan te passen
aan de bouw van de plek op het lichaam waar u het apparaat gebruikt.
10.1 TENS-programmatabel
Progr.-
Zinvolle toepassingsgebieden,
nr.
indicaties
1
Pijn bovenste ledematen 1
2
Pijn bovenste ledematen 2
-insteltoetsen de gewenste behandelingsduur
Looptijd
(min.)
30
30
Progr.-
nr.
3
Pijn onderste ledematen
4
Pijnlijke botten
5
Pijn in de schouder(s)
6
Pijn in de rug
7
Pijn zitvlak en achterzijde bovenbenen
8
Pijnstilling 1
9
Pijnstilling 2
).
10
Endorfinische werking (burst)
11
Pijnstilling 3
12
Pijnstilling – chronische pijn
De TENS-programma's 13-15 kunnen afzonderlijk worden ingesteld
(zie het hoofdstuk 'Aanpasbare programma's').
10.2 EMS-programmatabel
Progr.-
Zinvolle toepassingsgebieden,
nr.
1
Opwarmen
2
Capillarisatie
3
Versterken van de bovenste arm-
spieren
Plaatsings-
4
Maximaliseren van de kracht van de
moge-
bovenste armspieren
lijkheden
elektroden
5
Explosieve kracht van de bovenste
armspieren
12-17
6
Spankracht van de bovenste arm-
12-17
spieren
154
Zinvolle toepassingsgebieden,
indicaties
indicaties
Looptijd
Plaatsings-
(min.)
moge-
lijkheden
elektroden
30
23-27
30
28
30
1-4
30
4-11
30
22, 23
30
1-28
30
1-28
30
1-28
30
1-28
30
1-28
Looptijd
Plaatsings-
(min.)
moge-
lijkheden
elektroden
30
1-27
30
1-27
30
12-15
30
12-15
30
12-15
30
12-15