3
5
7
8
60
4
2x
6
MONTAGE VAN HET KINDERZITJE IN HET
VOERTUIG GR. 1, 9-18 KG
Plaats het kinderzitje op de gewenste zitplaats in de auto:
▪ Leid de gordeltong van de autogordel (3) achter langs de 5-puntsgordel
van het kinderzitje.
WAARSCHUWING! Verdraai de gordel niet.
▪ Klik de gordeltong vast in de gesp van de auto (4).
▪ Leid de heupgordel (5) door de twee rode gordelgeleiders (6) die zich
onder het kussen bij het zitvlak bevinden.
▪ Let erop dat de gordel strak over de rode gordelgeleiders aan het zitje
verloopt.
▪ Leid de diagonale gordel (7) achter langs de rugplaat (8), langs
de hoofdsteun, naar boven. Leid de gordel hiervoor door de rode
gordelgeleider aan het zitgedeelte.
LET OP! Steek de diagonale gordel niet door de bovenste gordelgeleider.
▪ Trek nu stevig aan de diagonale gordel (7) om de hele autogordel strak
te trekken.
WAARSCHUWING! De gesp van de auto mag in geen geval in de
gordelgeleider liggen. Als dat toch het geval is, probeer het dan op een
andere zitplaats.
▪ Overtuig u ervan dat het kinderzitje stevig gemonteerd is. Trek anders de
autogordel nog eens goed strak.
LET OP! Trek het kinderzitje aan de gordel naar voor. Het mag maar een
beetje of helemaal niet bewegen