Aansluiting Op Het Rookkanaal - EdilKamin LAGUNA W 25 Instalación Uso Y Mantenimiento

LUCHTINLAAT
De luchtinlaat van de zuurstof moet worden gemaakt
in het onderste gedeelte van een buitenmuur en moet
een doorsnede hebben van ten minste 250 cm
Het moet worden afgesloten door beschermende
roosters.
De luchtinlaten kunnen niet worden geopend naar
ruimtes met met mogelijk vervuilde lucht, zoals ...,
garages of magazijnen.
Zorg ervoor dat de luchtinlaten in geen enkel geval
verstopt zijn.

AANSLUITING OP HET ROOKKANAAL

De ketel heeft een werking met geforceerde trek, dus
via de rookafzuiginstallatie wordt er zuurstof in de
kamer toegelaten, zodat verbranding mogelijk is. Het
is daarom noodzakelijk zijn om te zorgen voor de juiste
rookafvoer, door de ketel aan te sluiten op een schoor-
steenkanaal die een natuurlijke trek garandeert.
Voor het aansluiten op een schoorsteenkanaal moet
de lokale en nationale regelgeving in acht worden
genomen.
Een schoorsteenkanaal moet aan de volgende eisen
voldoen:
• Van waterdicht materiaal en bestand tegen de tempe-
ratuur van de rook en bijbehorende condensatie.
• Het moet voldoende mechanische weerstand en een
zwakke thermische geleidbaarheid hebben.
• Het moet perfect luchtdicht zijn, om afkoeling van het
kanaal zelf te voorkomen.
• Het moet een zo verticaal mogelijke voortgang heb-
ben.
• Het moet adequaat worden gescheiden van brandba-
re of ontvlambare materialen, door een luchtspleet of
geschikt isolatiemateriaal.
• Oude schoorstenen of nieuw gebouwde schoorste-
nen zonder inachtneming van de specifi caties kunnen
worden hersteld door het plaatsen van een buis in
de schoorsteen zelf. Er moet dan een metalen staaf
binnen de bestaande schoorsteen worden geplaatst en
met passend isolatiemateriaal worden opgevuld.
• Het schoorsteenkanaal moet een buisdiameter heb-
ben die niet minder dan die van de uitgangsverbinding
van de ketel.
• De interne doorsnede moet bij voorkeur rond zijn;
vierkante of rechthoekige doorsneden moeten afgeron-
de hoeken hebben, met een straal van niet minder dan
20 mm.
• Een constante interne diameter, vrij, onafhankelijk,
zonder vernauwingen.
• De rookleidingen mogen geen ruimtes passeren waar
de installatie van verbrandingsapparaten verboden is.
INSTALLATIE
• Flexibele slangen zijn niet toegestaan.
• Onmiddellijk na de uitgang uit de ketel moet er een
"T" -leiding worden geïnstalleerd, zodanig dat het
2 . regelmatig kan worden gereinigd van residuen.
• Er kan geen collectieve rookpijp worden gebruikt.
- 212 - 212
- -