VERSTELBARE STUURKOLOM (Zie figuur 14)
WAARSCHUWING! Neem de sleutel uit de
schakelaar voordat u de stuurkolom gaat
aanpassen. Probeer nooit uw stuur aan te
passen terwijl uw scootmobiel in beweging is.
WAARSCHUWING! Duw de stuurkolom naar
achter en naar voren voordat de scootmobiel
wordt gebruikt om te controleren of het
mechanisme voor de hoekinstelling stevig
vast zit. Controleer of de verstelknop van de
stuurkolom en het mechanisme voor de
hoekinstelling volledig zijn ingeschakeld. Als
er beweging zit in de stuurkolom, controleer
dan of de verstelknop van de stuurkolom
volledig is vastgedraaid.
LET OP: Om de stuurkolom volledig te laten zakken voor
demontage of transport, moet u eerst de stoel verwijderen. Zie VI.
"DeMontage en Montage."
SPIEGEL POSITIE
U monteert de spiegel als volgt (Zie figuur 1, 2 of 3):
1. Bepaal aan welke kant u de spiegel plaatst, en verwijder de
rubberen stop van de bovenkant van de stuurhendel.
2. Plaats het uiteinde met de schroefdraad van de
spiegelhouder in de opening en draai deze met de klok mee
vast.
3. Draai indien nodig de moer met de klok mee voor het
vastzetten van de spiegel.
U stelt de spiegel als volgt bij:
1. Ga in rijpositie zitten met uw gezicht naar voren gericht.
2. Stel de spiegel naar links, rechts, boven of onder bij, tot u
goed zicht achter u hebt.
AANPASSING VANDEZITTING
OPMERKING: De aanpassingen van de zitting die in dit
gedeelte worden beproken zijn afhankelijk van het model van
de stoel op uw scootmobiel. Raadpleeg de Functietabel van
uw scootmobiel om te bepalen welke opties van toepassing
zijn op uw specifieke zittingmodel.
Afstellen van de breedte van de armleuning
Uw stoelmodel is mogelijk voorzien van een functie warrmee
de breedte van de armleuning kan worden aangepast. De
armleuningen van de zitting kunnen naar binnen of naar buiten
worden ingesteld.
1. Maak de vergrendelknoppen van de armleuningen los. Zie
figuur 15.
2. Verwijder de pinnen.
3. Verplaats de armleuning naar de gewenste positie.
4. Lijn de verstelgaatjes op het zittingframe en de
armleuningen uit, plaats dan de pin terug.
5. Draai de vergrendelknoppen vast.
106
V . I N S T E L B A A R H E I D
of
Figuur 14. Stuurinstelling - Twee Variaties
IDENTIFICATIELIJST
1. ARMLEUNING VERSTELKNOP
2. PALLETJE
3. ZITTING HENDEL
2
Figuur 15. Verstelling van de zitting – Stijl A
Mid-size Scooter Series
3
1