7. Elektrische aansluiting
De elektrische aansluitingen dienen door een erkend installateur
te worden uitgevoerd, in overeenstemming met de lokale regelge-
ving.
Waarschuwing
Sluit de CR pomp aan op een externe netschakelaar
die dicht bij de pomp is geplaatst en op een motorbe-
veiliging of een CUE-frequentieomvormer. Zorg
ervoor dat u de hoofdschakelaar in de stand UIT
(geïsoleerd) kunt zetten. Type en eisen zoals gespe-
cificeerd in EN 60204-1, 5.3.2.
Waarschuwing
Alvorens het deksel van de klemmenkast te verwijde-
ren of de pomp te verwijderen of te demonteren dient
u er zeker van te zijn dat de voedingsspanning naar
de pomp is uitgeschakeld en niet per ongeluk weer
kan worden ingeschakeld.
Overweeg of het noodzakelijk is om een noodscha-
Voorzichtig
kelaar te installeren.
De bedrijfsspanning en -frequentie staan vermeld op het type-
plaatje van de motor. Zorg ervoor dat de motor geschikt is voor
de aanwezige voedingsspanning en dat de motor correct is aan-
gesloten. U vind een bedradingsschema in de klemmenkast.
7.1 Kabelingang/gedraaide aansluiting
Alle motoren worden zonder gedraaide kabelingang geleverd.
Onderstaande tabel toont de nummers en afmetingen van de
kabeldoorvoeren van de klemmenkast (norm EN 50262).
Motor
Aantal en afmeting
[kW]
van kabelingangen
0,25 - 0,55
2 x M20 x 1,5
0,75 - 3,0
2 x M20
4,0 - 7,5
4 x M25
2 x M20
11-22
4 x M40
30-45
2 x M50 x 1,5
55-75
2 x M63 x 1,5
180
Beschrijving
De gaten hebben voorgego-
ten draden en worden
gesloten met doordruk
kabelingangen
De gaten worden gesloten
met doordruk kabelingan-
gen
De gaten worden gesloten
met doordruk kabelingan-
gen
De gaten worden gesloten
met doordruk kabelingan-
gen
Afsluitplug
Afsluitplug
7.2 Driefasenaansluiting
Driehoeksaansluiting
220-240
50 Hz
380-415
220-277
60 Hz
380-480
1)
60 Hz motoren, 0,37 - 1,1 kW: 220-277/380-440 V.
W2
U1
W1
U2
V2
V1
Afb. 15 Driehoeksaansluiting
U1
U2
W2
V2
W1
V1
Afb. 16 Steraansluiting
Als de motor is uitgerust met PTC sensoren of PTO contacten,
moet de aansluiting overeenkomstig het bedradingsschema in de
klemmenkast gebeuren.
Sluit driefasenmotoren aan op een motorbeveiliging.
Netvoeding [V]
Steraansluiting
/
380-415
/
660-690
1)
/
380-480
/
660-690
W2
U2
V2
U1
V1
W1
L
L
L
1
2
3
W2
U2
V2
V1
U1
W1
L
L
L
1
2
3