01. Houd de toets "Set" circa 3 seconden ingedrukt;
02. Laat de toets los wanneer de led "L1" begint te knipperen;
03. Druk op de toets "" of "" om de knipperende led te verplaatsen naar de led die de te wijzigen functie vertegenwoordigt;
04. Druk op de toets "Set" om de status van de functie te veranderen:
(kort knipperen = OFF - lang knipperen = ON);
05. Wacht 10 seconden (maximumtijd) om de programmering af te sluiten .
Opmerking – Om andere functie op "ON" of "OFF" te programmeren dient u, gedurende het uitvoeren van de procedure de punten 03 en 04 gedurende
de fase zelf te herhalen .
5.2 - Programmering tweede niveau (instelbare parameters)
Alle parameters van het tweede niveau zijn in de fabriek ingesteld zoals in de
kleur grijs is aangegeven in Tabel 7 en kunnen op elk gewenst moment wor-
den gewijzigd door te werk te gaan zoals beschreven in Tabel 8 .
De parameters kunnen worden ingesteld op een waarde tussen 1 en 8; om te
Ingangsled Parameter
Led
(niveau)
L1
Pauzetijd
L1
L2
L3
L4
L5
L6
L7
L8
L2
Functie
L1
Stap-voor-
L2
stap
L3
L4
L5
L6
L7
L8
L3
Snelheid
L1
motoren
L2
L3
L4
L5
L6
L7
L8
L4
Drukafvoer
L1
motoren
L2
gedurende
L3
de Sluiting
L4
L5
L6
L7
L8
6 – Nederlands
TABEL 6 - Procedure voor programmering eerste niveau
TABEL 7 - Functies tweede niveau
Waarde
5 seconden
15 seconden
30 seconden
45 seconden
60 seconden
80 seconden
120 seconden
180 seconden
Open – stop – sluit – stop
Open – stop – sluit – open
Open – sluit – open – sluit
Woonblok:
• in de openingsmanoeuvre hebben de instructies "Stap-voor-stap" en
"Open" geen enkele uitwerking; de instructie "Sluit" daarentegen veroor-
zaakt de omkering van de beweging, d .w .z . de poort wordt gesloten .
• in de sluitmanoeuvre veroorzaken de instructies "Stap-voor-stap" en
"Open" de omkering van de beweging, d .w .z . de vleugels worden geopend;
de instructie "Sluit" heeft daarentegen geen enkele uitwerking .
Woonblok 2:
• in de openingsmanoeuvre hebben de instructies "Stap-voor-stap" en
"Open" geen enkele uitwerking; de instructie "Sluit" daarentegen veroor-
zaakt de omkering van de beweging, d .w .z . de poort wordt gesloten . Als
de verstuurde in structie langer dan 2 seconden aanhoudt, wordt een
"Stop" uitgevoerd .
• in de sluitmanoeuvre veroorzaken de instructies "Stap-voor-stap" en "Open"
de omkering van de beweging, d .w .z . de vleugels worden geopend; de instructie
"Sluit" heeft daarentegen geen enkele uitwerking . Als de verstuurde instructie
langer dan 2 seconden aanhoudt, wordt een "Stop" uitgevoerd .
Stap-voor-stap 2 (minder dan 2" leidt tot open gedeeltelijk)
Persoon aanwezig:
de manoeuvre wordt alleen uitgevoerd als de verstuurder instructie aan-
houdt, als de instructie wordt onderbroken, stopt de manoeuvre .
opening in "semi-automatisch", sluiting bij "persoon aanwezig"
Heel langzaam
Langzaam
Gemiddeld
Snel
Zeer snel
Hoogste snelheid
Open snel, Sluit langzaam
Open op hoogste snelheid, Sluit op gemiddelde snelheid
Geen drukafvoer
Niveau 1 - Minimum drukafvoer (circa 100 ms)
Niveau 2 - . . .
Niveau 3 - . . .
Niveau 4 - . . .
Niveau 5 - . . .
Niveau 6 - . . .
Niveau 7 - Maximum drukafvoer (circa 800 ms)
controleren welke waarde bij elk van de led's hoort, raadpleegt u de Tabel 8 .
BELANGRIJK – De programmeerprocedure kent een tijd van maximaal 10
seconden tussen het indrukken van de ene en de andere toets . Nadat deze tijd
verstreken is, wordt de procedure automatisch afgesloten, waarbij de tot op
dat moment aangebrachte wijzigingen worden opgeslagen .
SET
3 s
SET
L1
of
SET
10 s
Beschrijving
Stelt de pauzetijd in, d .w .z . de tijd vo-
ordat de poort automatisch weer ge-
sloten wordt . Heeft alleen uitwerking
als de functie Sluiting actief is .
Regelt de reeks van instructies ho-
rend bij de ingang "Stap-voor-stap",
"Open", "Sluit" of de radio-instructie .
Opmerking – Door L4, L5, L7 en
L8 in te stellen wordt ook het gedrag
van de instructies "Open" en "Sluit"
gewijzigd .
Regelt de snelheid van de motoren
gedurende het normale traject .
Regelt de duur van de "korte omke-
ring" van beide motoren na het uitvo-
eren van de sluitmanoeuvre, met het
doel de resterende eindstootkracht te
reduceren .