Inhoudsopgave
1.
Overzicht van de zaag............18
2.
Lees deze tekst voor u
begint! .....................................19
3.
Veiligheidsvoorschriften .......19
3.1
Reglementaire toepassing........19
3.2
Algemene
veiligheidsvoorschriften ............19
3.3
Symbolen op het apparaat .......21
3.4
Veiligheidsvoorzieningen..........22
4.
Bijzondere
productkenmerken .................22
5.
Bedieningselementen ............22
5.1
Noodstop-schakelaar ...............22
5.2
Hoofdschakelaar ......................22
5.3
Draaikruk voor
hoogteverstelling ......................23
5.4
Werkstukaanslagen..................23
6.
Opstellen .................................23
6.1
Opstelling .................................23
6.2
Tafelverlengstukken .................24
6.3
Netaansluiting...........................24
6.4
Spaanderafzuiging ...................25
7.
Bediening ................................25
7.1
Zaaghoogte instellen ................26
7.2
Zagen met parallelle aanslag ...26
7.3
Zagen met dwarse aanslag ......27
7.4
Wiggen snijden.........................28
8.
Tips en trucs ...........................28
9.
Service en onderhoud............28
9.1
Zaagblad vervangen.................28
9.2
Spouwmes uitrichten ................29
9.3
Hoogteverstelling van het
zaagblad invetten .....................30
9.4
Machine opbergen....................30
9.5
Onderhoud ...............................30
10.
Transport.................................30
11.
Beschikbare accessoires ......30
12.
Reparatie .................................30
13.
Milieubescherming.................30
14.
Problemen en storingen ........31
15.
Technische gegevens ............31
2.
Lees deze tekst voor u
begint!
Deze handleiding is zodanig opgesteld
dat u snel en veilig met de machine
kunt beginnen werken. Hier enkele
aanwijzingen voor het gebruik van deze
handleiding:
– Lees de handleiding volledig door,
voordat u de machine in gebruik
neemt, Volg in het bijzonder de vei-
ligheidsvoorschriften op.
– Deze gebruiksaanwijzing is be-
doeld voor personen die ten minste
beschikken over basiskennis bij het
werken met apparatuur zoals hier
beschreven. Wanneer u geen erva-
ring zou hebben met dergelijke ap-
paratuur, doe dan eerst een beroep
op de hulp van ervaren personen.
– Bewaar alle bij dit apparaat gelever-
de documenten, zodat u en alle an-
dere gebruikers zich indien nodig
kunt informeren. Bewaar het aan-
koopbewijs voor eventuele garantie-
claims.
– Als u de werktafel uitleent of door-
verkoopt, moet u alle bijgeleverde
documentatie meegeven.
– De fabrikant wijst alle verantwoor-
delijkheid af voor schade die ont-
staat door niet-inachtneming van
deze handleiding.
De informatie in deze gebruiksaanwij-
zing wordt als volgt aangegeven:
A
Gevaar!
Waarschuwing voor lichamelijk letsel of
milieuschade.
B
Gevaar voor elektrische
schok!
Waarschuwing voor lichamelijke letsels
door elektrische schok.
c
Intrekrisico!
Waarschuwing voor lichamelijk letsel
door meetrekken van lichaamsdelen of
kledingstukken.
A
Opgelet!
Materiële schade.
3
Opmerking:
Aanvullende informatie.
– Cijfers op afbeeldingen (1, 2, 3, ...)
– benoemen de verschillende on-
derdelen;
– zijn doorlopend;
– hebben betrekking op de over-
eenkomstige cijfers tussen haak-
NEDERLANDS
jes (1), (2), (3) ... in de bijbeho-
rende tekst.
– Instructies voor handelingen, waar-
bij op de volgorde moet worden ge-
let, zijn doorgenummerd.
– Instructies voor handelingen met
willekeurige volgorde zijn met een
punt gekenmerkt.
– Opsommingen zijn gekenmerkt met
een streep.
3.
Veiligheidsvoorschriften
3.1
Reglementaire toepassing
Dit apparaat is bestemd voor langs-,
dwars- of formaatsneden in massief
hout, spaanplaten, vezelplaten, multi-
plex en deze materialen met kunststof-
bekleding, kunststofranden of fineer.
Ronde werkstukken mogen niet ge-
zaagd worden, daar deze verdraaid
kunnen worden door het roterende
zaagblad.
Het apparaat mag niet gebruikt worden
voor het maken van groeven. Het is
niet toegestaan om zonder spaankap te
werken.
Het is ten stelligste verboden om het
apparaat te gebruiken voor een doel
waarvoor het niet ontworpen werd of
waarvoor het niet geschikt is. De fabri-
kant wijst alle verantwoordelijkheid af in
het geval dat de machine niet gebruikt
wordt zoals voorgeschreven of als ze
gebruikt wordt voor een doel waarvoor
ze niet ontworpen werd of waarvoor ze
niet geschikt is.
Een ombouw van het apparaat of het
gebruik van onderdelen die niet ge-
keurd en vrijgegeven zijn door de fabri-
kant kunnen tijdens het gebruik onvoor-
zienbare beschadigingen en risico's tot
gevolg hebben.
3.2
Algemene veiligheids-
voorschriften
Houdt u zich bij gebruik van dit ap-
•
paraat aan de volgende veiligheids-
voorschriften om gevaar voor perso-
nen of materiële schade te
voorkomen.
Houdt u zich aan de bijzondere vei-
•
ligheidsvoorschriften in de betref-
fende hoofdstukken.
Houdt u zich eventueel aan de wet-
•
telijke richtlijnen of ongevalpreven-
19