NEDERLANDS
7.1
Zaaghoogte instellen
A
Gevaar!
Voorwerpen of lichaamsdelen die
zich binnen de instelzone bevinden,
kunnen door een draaiend zaagblad
meegetrokken worden! Begin dus
nooit met het instellen van de zaag-
hoogte voordat het zaagblad hele-
maal tot stilstand gekomen is!
A
Gevaar!
Tijdens de hoogteinstelling mogen
zich geen onbevoegde personen in
de gevarenzone ophouden.
Draai de draaihendel altijd met beide
handen. Zo vermindert u het gevaar
van letsel en kneuzingen!
De zaaghoogte van het zaagblad moet
aangepast worden aan de hoogte van
het werkstuk: het zaagblad moet min-
stens even ver over de rand van de ta-
fel uitsteken als het te zagen werkstuk
hoog is. Aan de voorkant moet de af-
dekkap onderaan volledig op het werk-
stuk liggen.
Zaaghoogte instellen
1. Draai de draaikruk (49) tegen de
richting van de klok in tot tegen de
aanslag, houd deze vast en beweeg
het zaagblad omhoog of omlaag.
3
Opmerking:
Om een eventuele speling bij de zaag-
hoogteverstelling te compenseren,
plaatst u het zaagblad altijd langs de
onderkant op de gewenste positie.
7.2
Zagen met parallelle aan-
slag
Het aanslagprofiel van de parallelle
aanslag moet aangepast worden aan
het te zagen werkstuk.
26
50
55
54
Parallelle aanslag aanpassen aan de
werkstukhoogte
1. Vleugelmoeren (53) losmaken en
aanslagprofiel verwijderen.
2. Afhankelijk van de werkstukhoogte
het hoge (50) of lage aanlegvlak
(51) monteren.
3. Aanslagprofiel met vleugelmoeren
(53) blokkeren.
4. Parallelaanslag met de klemhendel
(54) fixeren.
Parallelle aanslag aanpassen aan de
werkstuklengte
1. Vleugelmoeren (53) losmaken en
aanslagprofiel verwijderen.
2. Aanslagprofiel in lengterichting (52)
aanpassen aan de lengte van het
werkstuk.
3. Aanslagprofiel met vleugelmoeren
(53) blokkeren.
4. Parallelaanslag met de klemhendel
(54) fixeren.
Zagen met parallelle aanslag
1. Parallelle aanslag (57) langs de bo-
venkant op het geleidingsprofiel
(59) aan de voorkant van de zaag
plaatsen.
2. Met behulp van de ingestanste ta-
felbladschaal (56) de afstand tussen
49
de parallelle aanslag en het zaag-
blad instellen.
3. Parallelle aanslag met de klemhen-
del (58) fixeren.
A
De duwstok moet altijd gebruikt wor-
den als de afstand tussen het zaag-
blad en een parallelle aanslag kleiner
51
is dan 120 mm.
52
3
53
Als u de duwstok niet nodig hebt, kan u
deze aan de klem (55) aan het aan-
slagprofiel bevestigen.
4. Stel de snijhoogte van het zaagblad
5. Schakel de motor in.
6. Duw het werkstuk langs de parallel-
7. Schakel de machine uit als u niet
3
Als u de parallelle aanslag niet nodig
hebt, kan u deze gebruiksklaar met de
uitsparing (60) in de ophangschroef
(61) aan de tafelpoot rechts vooraan
hangen.
56
Parallelle aanslag instellen voor het
zagen van massief hout in de lengte
1. Stel het achterste uiteinde van de
57
58
59
Gevaar!
Opmerking:
in.
le aanslag langzaam naar het zaag-
blad en zaag het in één keer door.
onmiddellijk verderwerkt.
Opmerking:
60
parallelle aanslag (62) in op de
hoogte van het middelpunt (64) tus-
sen zaagbladas (63) en zaagblad-
begin (65).
61